Nadruk op oriënteren
Als de school de nadruk wil leggen op een oriënterend onderwijsprogramma, dan zullen de programma's bestaan uit een profiel met profieloverstijgende keuzevakken. De school moet keuzes maken over het aanbod van keuzevakken en de volgorde daarvan moet passen in het keuzeproces van de leerling.
De leerling die nog niet weet wat hij wil zal zich verder kunnen oriënteren door voor een breed programma te kiezen. Hij krijgt een breed en verrijkend programma met veel keuzemogelijkheden. Afhankelijk van de volgorde van keuzevakken en profielvak, zal de leerling in klas 3 of klas 4 centraal examen doen. In de samenwerking met mbo ligt de nadruk op het oriënteren op opleidingen.
Voorbeeld uit de praktijk
Een techniek-breed school (school die destijds het programma techniek-breed aanbood) wil vanuit zijn visie een oriënterend programma aanbieden. De school laat de leerlingen oriënteren door middel van een aantal technische profieloverstijgende keuzevakken. Na een oriënterende fase (bijvoorbeeld in leerjaar 3), waarin de leerlingen ontdekken waar hun talenten liggen, kiezen de leerlingen het profielvak.
Er zijn ook scholen die de leerlingen eerst in een carrousel een keuzevak of profielmodule laat doorlopen van alle profielvakken die de school aanbiedt. Zo kan de leerling zich oriënteren. Daarna kiest de leerling het gewenste profielvak.
Scholen mogen zelf bepalen hoe ze het examenprogramma omzetten in een onderwijsprogramma. Dat betekent dat scholen ook zelf bepalen in welke volgorde het profielvak en de keuzevakken aangeboden worden: na elkaar, naast elkaar of in elkaar ofwel op een geïntegreerde wijze. Een en ander zal afhangen van het moment waarop de school het centraal examen wil afnemen. Dit kan in leerjaar 3 of in leerjaar 4.