Een toetsvorm kiezen
In principe is voor alle eindtermen elk type toets voorstelbaar. Maar voor bepaalde leerdoelen, met name voor vaardigheden, komen sommige toetsvormen meer in aanmerking.
Voor veel vaardigheden geldt overigens dat ze juist in combinatie met kennis en inzicht hun biologische kant laten zien. Bijvoorbeeld 'waarderen en oordelen' bij seksualiteit en voortplanting of bij biotechnologie en 'beleven' bij ecologie.
Welke toets past bij welke doelen?
Een schematische weergave van de relatie tussen toetsvorm en eindterm staat in de download.
De toetstaken die je kiest zijn eigenlijk nog meer bepalend of de toets goed bij de leerdoelen past dan de toetsvorm op zich. Daarbij zijn de volgende kenmerken van toetstaken relevant: (bron: Toetsen op school, hoofdstuk 2, par. 2.3 en 2.4).
- Authenticiteit van de taak, zoals een (bijna) echte leefsituatie of een gesimuleerde situatie
- Randvoorwaarden, zoals omgeving, tijd en hulpmiddelen
- Stimuli, hoe wordt de opdracht aangeboden, zoals: tekst, schema, foto of film
- Structurering, wat mag de kandidaat zelf bepalen, zoals aanpak of werkwijze
- Gevraagde respons, zoals: korte of lange geschreven antwoorden, een verslag, een presentatie
- Gevolgen, zoals: feedback op leerproces, cijfer voor overgang of examenbeslissing
Op de tweede bladzijde van de download 'Toetsvorm kenmerken toetstaken' staat welke kenmerken de toetstaken van verschillende toetsvormen meestal hebben. Uiteraard is dit geen wet van meden en perzen.
Op de pagina zelf schriftelijke opgaven en toetsen maken vind je informatie over het zelf maken van opgaven.