Practicumtoetsen
Er zijn veel verschillende soorten practica en practicumtoetsen mogelijk.
In het biologieonderwijs worden regelmatig practica gedaan, in de klas of buiten. Afhankelijk van de leerdoelen kunnen die onderscheiden worden in:
- vaardigheidspractica, zoals het maken van een microscopisch preparaat of het werken met een determinatietabel;
- illustratieve practica, zoals het bekijken van gewrichten en spieren in een kippenvleugel of een voedselketen in een sloot;
- onderzoekspractica, zoals het uitzoeken bij welke concentratie zout er grensplasmolyse optreedt of welke factoren de groei van kroos bevorderen.
Ook practicumtoetsen kunnen focussen op deze drie verschillende categorieën leerdoelen:
- er worden vooral praktische vaardigheden beoordeeld, zoals tekenen, snijden of pipetteren;
- er worden bij de praktische handelingen vooral vragen gesteld die een beroep doen op inhoudelijke kennis;
- het accent ligt op onderzoeksvaardigheden, zoals het juist formuleren van een onderzoeksvraag of het correct maken van een grafiek.
Uiteraard is ook een combinatie van deze doelen mogelijk, maar het is belangrijk goed voor ogen te houden welke leerdoelen er vooral getoetst worden. Dit moet namelijk ook terug te vinden zijn in de verdeling van de te behalen punten.
Dilemma's
Als een practicum met een cijfer beoordeeld wordt, is er in principe sprake van een practicumtoets. Om aan de criteria voor een schoolexamen te voldoen, moeten er wel enige garanties ingebouwd worden voor een eerlijke beoordeling. Hierbij doen zich de volgende dilemma's voor. Overzicht is te lezen in de download 'Dilemma's practicumtoets'.
Beoordelen van een practicum
- Als het product van een practicumtoets bestaat uit antwoorden op vragen bij het practicum, kan dat op dezelfde manier gebeuren als bij een schriftelijke toets: aan de hand van een van tevoren opgesteld correctievoorschrift.
- Als er tijdens het practicum bepaalde handelingen correct moeten worden uitgevoerd, en dat moet geobserveerd worden, dan is een van tevoren gemaakte observatielijst handig. Schrijf daarop de te observeren handelingen en eventueel de criteria ('gebruikt eerst de macroschroef en stelt dan bij met de microschroef'). Bedenk ook of er op correct/niet-correct gescoord wordt of op een schaal, bijvoorbeeld onvoldoende – voldoende – goed – uitstekend. Stel ook vast met welk gewicht de observaties meetellen en wat dan de scores van de observatiecategorieën zijn. Bijvoorbeeld: een leerling kan er 0, 2, 4 of 6 punten mee verdienen op een totaal van 30 (dan weegt de observatie dus voor 20% mee).
- Als er een verslag of een ander product beoordeeld moet worden, dan kan dat met een rubric.
Een practicumtoets zoeken of maken
- Practicumtoetsen uit andere bronnen zijn niet of nauwelijks te vinden. Cito heeft in het verleden practicumtoetsen op de markt gebracht die op sommige scholen nog steeds gebruikt worden. Wellicht zijn die via collegiale contacten nog te bemachtigen.
- Anders zit er weinig anders op dan zelf practicumtoetsen te maken.