Praktische opdrachten
Een praktische opdracht is niet verplicht.
Het idee en de term 'praktische opdracht' als (verplicht) schoolexamenonderdeel stamt uit de tijd van de invoering van de tweede fase en het studiehuis. Sinds 2007 zijn weliswaar alle vormvoorschriften voor de examens verdwenen en zijn praktische opdrachten niet meer verplicht, toch zijn ze op veel scholen gehandhaafd.
Als onderscheidend kenmerk hanteren we hier de randvoorwaarden: het is een opdracht van een omvang van meer dan twee lesuren die ten minste voor een deel buiten de reguliere lestijd uitgevoerd wordt. Leerlingen kunnen daarbij bronnen – waaronder medeleerlingen en ouders – raadplegen.
Een praktische opdracht kan vele vormen hebben. Het kan een uitgebreid individueel practicum zijn, waarvan de verslaglegging thuis gebeurt. Het kan ook een opdracht betreffen waarvoor een groep leerlingen enkele weken met informatieverzameling en -verwerking bezig is en een presentatie voorbereidt.
Ook de vrijheid die leerlingen gegund wordt om eigen keuzes te maken, kan sterk verschillen. Soms is de opdracht sterk gestructureerd, soms behoorlijk open.
Hoewel een praktische opdracht niet altijd de vorm van een praktijktoets hoeft te hebben, is een praktijktoets wel een goede vorm voor een praktische opdracht. In de publicatie Toetsen op school is een hoofdstuk over praktijktoetsen opgenomen dat uitleg geeft over kenmerken, constructie en gebruik ervan