Het examenprogramma
Het examenprogramma BSM is in grote lijnen overeenkomstig voor havo en vwo. BSM kent voor zowel havo als vwo alleen een schoolexamen (SE). Dat SE omvat derhalve alle eindtermen.
Beide examenprogramma's kennen de volgende domeinen:
- Domein A: Vaardigheden
- Domein B: Bewegen
- Domein C: Bewegen regelen
- Domein D: Bewegen en gezondheid
- Domein E: Bewegen en samenleving
- Onderdelen naar keuze van de school
Aard van het programma
Het programma BSM is een breed en gevarieerd programma waarin meerdere invalshoeken op bewegen samenkomen. Uitbreiden van de eigen bewegingsbekwaamheid, leren organiseren en begeleiden van bewegen, inzicht in de relatie bewegen en gezondheid en de positie van bewegen en sport in onze samenleving, leren hoe je je eigen bekwaamheid op deze terreinen kunt verbeteren en ontdekken welke vervolgmogelijkheden - zowel professioneel als in de vrijwillige sfeer - waarin bewegen en sport een rol spelen, je voor jezelf ziet.
De doelgroep
Het examenvak BSM is bedoeld voor alle leerlingen die hier belangstelling voor hebben. Een redelijke bewegingsvaardigheid moet voldoende zijn om het examen succesvol af te werken. Het is dus niet per se een vak voor alleen de sportief getalenteerden. Belangrijker is of de leerlingen affiniteit hebben met het leren leiding geven aan en organiseren van bewegingssituaties.
Aansluiting op vervolgonderwijs
Het examenprogramma dient doorstroomrelevant te zijn voor vervolgopleidingen. In BSM gaat dat voor het havo om voorbereiding en oriëntatie op een loopbaan waarin een beroep gedaan op het leidinggeven in vooral bewegingssituaties en het kunnen omgaan met deelnemers. Voor het vwo gaat het om opleidingen waarin een meer wetenschappelijke benadering van bewegen en sport een belangrijke rol speelt.