Toetsmatrijzen, teksten en vraagstelling

13 december 2019

Toetsmatrijzen, teksten en vraagstellingen.

Om zo goed mogelijk aan te sluiten bij de 'can do'-statements en de domeinen van het ERK, raden we je aan om een zogenaamde toetsmatrijs te gebruiken die gebaseerd is op het ERK. Een ERK-toetsmatrijs is een tabel waarmee de opgaven van een toets evenwichtig kunnen worden verdeeld over de 'can do'-statements van het betreffende niveau en over de ERK-domeinen.

Hierdoor kun je niet alleen systematisch te werk gaan, maar ook:

  • de inhoud van een toets afstemmen op het ERK;
  • alle 'can do'-statements en domeinen aan de orde laten komen in de toets;
  • voorkomen dat er teveel opgaven gericht zijn op een bepaalde 'can do'-statement of één domein;
  • gelijkwaardige paralleltoetsen ontwikkelen (bijvoorbeeld voor een herkansing);
  • de inhoud van een toets verantwoorden naar derden, zoals de schoolleiding of de inspectie.

Je kunt de toetsmatrijzen leesvaardigheid A1, A2 en B1 rechts op deze pagina downloaden.

Teksten en vraagstelling

Geschikte teksten

De eerste stap is het zoeken van teksten op het ERK-niveau of de ERK-niveaus waarvoor de toets is bedoeld.

  1. Kies de geschikte toetsmatrijs voor de toets die u gaat ontwikkelen. Het kan eventueel ook een zelf samengestelde toetsmatrijs zijn met 'can do'-statements op meerdere niveaus.
  2. Bedenk hoeveel opgaven de toets moet bevatten en ga op zoek naar teksten die bij de verschillende 'can do'-statements aansluiten. Zet de titels van de geselecteerde teksten in de toetsmatrijs, zorg daarbij voor zoveel mogelijk verspreiding ook tussen de domeinen, hoewel domein 'werk' minder relevant is voor de doelgroep en dus waarschijnlijk ook minder aan de orde zal komen.
  3. Bij de selectie van de teksten, houd rekening met de volgende kenmerken:
  • authentiek of semi-authentiek;
  • goed gestructureerd;
  • bij voorkeur ondersteund door beeld en lay-out;aansprekend voor de doelgroep;
  • lengte: kort voor A1 en A2; bij B1 kunnen teksten ook langer zijn.

Vraagstelling

Over het algemeen geldt dat hoe meer toets items er zijn, hoe beter het niveau van de leerling in kaart kan worden gebracht. Voor het schoolexamen leesvaardigheid raden we aan om de toets uit 40-45 vragen te laten bestaan bij een totaal van zo'n 15-20 teksten.

Het ERK-niveau wordt bij leesvaardigheid bepaald door een combinatie van tekst en vraag/vragen. Uit de tekst van het eindexamenprogramma kunt u bepalen waarover de vragen kunnen gaan, namelijk:

  • welke informatie is relevant in de tekst, gegeven een vaststaande behoefte (bijvoorbeeld: je zoekt de goedkoopste tarief, waar vind je deze informatie);
  • wat is de hoofdgedachte van een tekst, of een tekstgedeelte;
  • wat wordt met belangrijke zinsdelen, zinnen of alinea's in de tekst bedoeld;
  • welke relatie is er tussen delen van een tekst (is bijvoorbeeld een zin de illustratie van de vorige zin, of een tegenstelling);
  • wat zijn de conclusies van de auteur.

Bij de constructie van de vragen, houd rekening met het volgende:

  • Beslis in welke taal de vragen worden gesteld. Als ze in het Chinees worden gesteld, zorg dat het antwoord niet in de vraag staat, en dat het taalgebruik van de vraag niet moeilijker is dan het taalniveau van de leerlingen.
  • Voorkom vragen naar de vertaling van woorden.
  • Voorkom vragen over één enkel woord.
  • Stel zoveel mogelijk functionele vragen, beginnend met wat, waarom, welke, hoe etc…
  • Gebruik verschillende vraagsoorten, waarbij ook enkele open vragen.
  • LET OP: het vinden van de antwoorden in de tekst moet mogelijk zijn met de karakterkennis die van een vwo-6 leerling verwacht mag worden.