Korte ontstaansgeschiedenis

13 december 2019

In 2004 is op voorstel van de KNAW en het Nederlands Platform voor Natuurkunde aan de minister van OCW voorgesteld om een Commissie Vernieuwing Natuurkundeonderwijs in te stellen. Deze commissie kreeg de opdracht om te adviseren over een fundamentele vernieuwing van de natuurkunde in de profielen N&G en N&T van havo/vwo.

De Commissie Vernieuwing Natuurkundeonderwijs (NiNa) is in februari 2005 geïnstalleerd. De minister heeft daarbij als centrale doelstelling geformuleerd: het geheel van het onderwijs in de natuurwetenschappelijke vakken voor leerlingen in het voortgezet onderwijs aantrekkelijker te maken en daarbij aandacht aan het vervolgonderwijs en de beroepspraktijk te besteden.

De Commissie NiNa heeft vanuit deze doelstelling haar visie geformuleerd en na veldraadplegingen in het hele land, deze visie gepubliceerd in 'Natuurkunde Leeft' in mei 2006.

Daarna is in december van dat jaar een conceptexamenprogramma uitgebracht met een verdeling van de stof over CE en SE. In augustus 2007 zijn dertien scholen begonnen met het uitproberen van het voorgestelde NiNa-examenprogramma. Drie scholen hebben NiNa alleen op havo uitgetest, vijf scholen alleen op vwo en vijf scholen op zowel havo als vwo. Het totale aantal betrokken leerlingen was 355 voor havo en 790 voor vwo. Het aantal betrokken docenten was 26 (bron: Natuurkunde Nieuwsbrief 08-10-2007).

Deze dertien pilotscholen hebben het NiNa-examenprogramma uitgeprobeerd met behulp van voorbeeldlesmateriaal, dat de Commissie Nieuwe Natuurkunde heeft laten ontwikkelen. In het najaar van 2007 heeft een (toen nog geheten) CEVO-commissie onder leiding van Prof. Edgar Groenen de syllabus gepresenteerd die op grond van het voorgestelde conceptexamenprogramma gemaakt was. In mei 2008 is deze syllabus vastgesteld door de CEVO.

In het schooljaar 2009/2010 zijn in het kader van het 'multipilotproject' nog vijf scholen begonnen aan het experimentele Nina-programma: één school alleen voor vwo, drie scholen voor havo en één school voor havo en vwo.

In het jaar 2010-2011 heeft SLO het conceptexamenprogramma geëvalueerd op haalbaarheid, toetsbaarheid en onderwijsbaarheid. In december 2011 heeft de Commissie haar eindadvies uitgebracht aan de minister. Daarna is er een studie geweest naar de verdeling van de studielast SE/CE. Daarbij is gekeken naar het NiNa-materiaal, de verdeling van de studielast van vergelijkbare onderwerpen in methoden en naar docentervaringen. Vervolgens heeft het CvE een veldraadpleging gehouden en zijn naar aanleiding daarvan de syllabi havo/vwo op detail bijgesteld. In de Staatscourant van 6 juni 2012 is het definitieve examenprogramma gepubliceerd.