Afname en toetsevaluatie schrijfvaardigheid
13 december 2019
Op deze pagina vind je een aantal aandachtspunten voor de afname van de toets en de toetsevaluatie.
Uitproberen
Probeer, indien mogelijk, de toets uit met bijvoorbeeld een collega of iemand anders die daarvoor geschikt is. Dan leer je of:
- je de tijd die het kost de toets af te nemen goed hebt ingeschat;
- of de opdrachten helder zijn geformuleerd;
- de opdrachten van het gewenste niveau zijn;
- het beoordelingsformulier adequaat is.
Tijdig uitproberen biedt je de mogelijkheid zo nodig nog een en ander aan te passen.
Hulpmiddelen
Zijn hulpmiddelen zoals woordenlijsten of (elektronische) woordenboeken wél of niet toegestaan? Een beslissing hierover kan afhankelijk zijn van het schoolbeleid en van wat er bij de overige talen gedaan wordt.
Voor de afname
- Indien er met computers gewerkt wordt, laat controleren of alle computers die voor de toets gebruikt worden, goed functioneren.
- Zorg ervoor dat leerlingen niet naast elkaar zitten om afkijken te voorkomen.
- Zorg ervoor dat leerlingen rustig kunnen werken. Voorkom rumoer en inloop. Hang eventueel een bordje aan de deur.
- Tijdens de toetsafname verandert de rol van de docent in die van examinator. Inhoudelijk mogen de leerlingen geen hulp krijgen. Bespreek deze rolverandering vooraf met de leerlingen.
Tijdens de afname
- Vraag leerlingen hun naam in te vullen op het voorblad van het betreffende toetsonderdeel.
- Vertel wat er wel of niet gebruikt mag worden.
- Zorg dat leerlingen die klaar zijn met een onderdeel, de overige leerlingen niet storen.
Toetsevaluatie
Bij hergebruik van een toets is het aan te raden de toets na eerste afname te evalueren. Dit biedt de mogelijkheid hem op onderdelen aan te passen. Dat kan nodig zijn, omdat:
- de opdracht te makkelijk of juist te moeilijk bleek;
- de instructies op onderdelen onduidelijk waren;
- het beoordelingsformulier niet gebruiksvriendelijk was;
- de criteria op het beoordelingsformulier voor meer dan één uitleg vatbaar bleken.