Redeneervragen
Uit toets- en itemanalyse-gegevens (TIA) van examens blijkt dat vmbo-leerlingen moeite hebben met redeneervragen zoals hieronder. De p-waarde (een indicator van de moeilijkheidsgraad van een vraag) van deze vragen is doorgaans zeer laag.
Voorbeeld 1
Nederland wordt een democratische rechtsstaat genoemd. Belangrijke begrippen daarbij zijn: overheid, constitutie en parlement.
Beschrijf wat een democratische rechtsstaat is. Gebruik daarbij de drie bovenstaande begrippen in een juiste onderlinge samenhang.
Doe het zo:
In een democratische rechtsstaat …
Voorbeeld 2
Glasnost
Een bewering: De glasnost van Gorbatsjov heeft bijgedragen aan het uiteenvallen van de Sovjet-Unie.
Geef een historische verklaring waaruit blijkt dat de bewering juist is. Gebruik daarbij de volgende begrippen in een juiste samenhang: vrijheid van meningsuiting, communistische partij en nationalisme.