Karakteristiek
Doel praktijkgerichte programma’s
Een praktijkgericht programma is erop gericht om leerlingen praktische kennis, vaardigheden en ervaring op te laten doen, binnen en buiten de school. Het streven is om aan te sluiten bij de behoeftes van leerlingen, hun motivatie te bevorderen en realistische beroeps- en opleidingsbeelden te ontwikkelen. Een praktijkgericht programma richt zich op het toepassen van kennis en vaardigheden. Leerlingen voeren in opdracht van externe opdrachtgevers praktijkgerichte opdrachten uit en oefenen programmaoverstijgende vaardigheden. Leerlingen krijgen binnen het programma de kans om kennis te maken met verschillende onderdelen van de arbeidsmarkt, opleidingsmogelijkheden en de samenleving. Zo krijgen ze een indruk van de praktijk, een beeld van vervolgopleidingen en worden ze voorbereid op de keuze voor en overstap naar mbo-4 of het havo.
Praktijkgerichte programma Groen
In het praktijkgerichte programma Groen staat de natuur centraal. Het programma biedt leerlingen een brede oriëntatie op opleidingen en beroepen binnen de groene sector. Door het uitvoeren van praktijkgerichte opdrachten komen leerlingen in contact met externe opdrachtgevers die zich bezighouden met planten, bloemen, dieren, voeding en water.
De ontwikkelingen in de maatschappij en de arbeidsmarkt volgen elkaar snel op. Naast technologische ontwikkelingen en de toegenomen aandacht voor duurzaamheid heeft de groene sector te maken met een aantal grote vraagstukken die van invloed zijn op de toekomst van de sector. Leerlingen moeten voorbereid worden om hun opvattingen te kunnen bepalen over niet alleen voedselproductie, klimaat en natuurbescherming, maar ook over wonen, werken en recreëren. Het praktijkgerichte programma Groen daagt leerlingen uit om mee te denken over maatschappelijke ontwikkelingen en de grote vraagstukken die er spelen.
Leerlingen met affiniteit voor de natuur kiezen voor het praktijkgerichte programma Groen. Ze leren daardoor actief bij te dragen aan maatschappelijke kwesties, zoals vraagstukken over klimaat, energie, natuur, gezond en veilig voedsel. Leerlingen voeren praktijkgerichte opdrachten uit voor externe opdrachtgevers en verwerven kennis en vaardigheden over diverse thema’s, van vormgeving en onderhoud tot biodiversiteit en ecosystemen. Daarnaast maken leerlingen vanuit een breed perspectief kennis met de invloed van de groene sector op leven, werken en recreëren en krijgen ze oog voor de verschillen tussen stad en platteland.