Ontstaansgeschiedenis
Sinds 2010 geldt de Wet en het Besluit Referentieniveaus taal en rekenen (zie de link hiernaast). In het Besluit staat voor welke onderwijssectoren welk referentieniveau geldt. Ook staan in het Besluit de referentieniveaus taal en rekenen vermeld.
De referentieniveaus zijn in 2007 ontwikkeld door de Expertgroep Doorlopende Leerlijnen taal en rekenen. Deze expertgroep heeft geanalyseerd wat er schortte aan het toenmalige rekenonderwijs in primair onderwijs, voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs en heeft naar aanleiding daarvan een aantal aanbevelingen gedaan. Eén van de aanbevelingen gaat er over dat verwerving van rekenvaardigheid bij voorkeur gevolgd wordt door consolidatie, onderhoud en gebruik. Mede op basis daarvan zijn de referentieniveaus tot stand gekomen.
Centrale rekentoets afgeschaft
Bij de invoering van de referentieniveaus introduceerde de overheid een centrale rekentoets voor het voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs. Het voortgezet onderwijs kent geen rekentoetsen meer. Het middelbaar beroepsonderwijs kent wel rekenexamens en in het primair onderwijs maakt rekenen deel uit van de centrale eindtoets. Op zeker moment waren er in het voortgezet onderwijs vier verschillende rekentoetsen: 2F, 3F, 2ER en 3ER en twee pilottoetsen: 2A en 3S. Dit schoolexamen Rekenen gaat echter alléén over referentieniveaus 2F en 3F, want alleen déze referentieniveaus zijn in het Besluit Referentieniveaus taal en rekenen vastgesteld voor het voortgezet onderwijs.
De afschaffing van het centrale rekentoets betekent niet dat een school geen aandacht meer hoeft te schenken aan verwerving, consolidatie, onderhoud en gebruik van rekenvaardigheid. De referentieniveaus zijn immers nog steeds van toepassing!
Met de afschaffing van de centrale rekentoets vervallen ook de pilotrekentoetsen 2A en 3S. Het schoolexamen Rekenen in vmbo-bb gaat alleen over referentieniveau 2F. Wel is het mogelijk om in schoolexamentoetsen, weliswaar in beperkte mate, opgaven op te nemen die in de centrale rekentoets 2A voorkwamen. Per slot van rekening bevatten examens in het algemeen meestal niet uitsluitend opgaven van eindniveau, maar ook eenvoudiger opgaven. De inzichten die ten grondslag lagen aan de rekentoets 2A zijn verwerkt in de bijlage 'Wat maakt een functionele rekenopgave makkelijker of moeilijker?'. Lees meer hierover bij Toetsen in het schoolexamen.
Nieuwe ontwikkelingen
Het ligt in de bedoeling dat er over een aantal jaren nieuwe wiskundevakken in het vmbo ingevoerd worden, waarvan er één voor alle leerlingen verplicht is en die in meer of mindere mate de inhoud van referentieniveau 2F omvat. Dat betekent dat rekenen in het vmbo op termijn in een of andere vorm weer terugkomt. In havo en vwo wordt verondersteld dat wie minimaal een vijf op wiskunde A, B of C gehaald heeft, voldoende rekenvaardigheid beheerst.