Publicaties
verfijn de resultaten
Zoeken in de index
aantal resultaten: 89
Sinds februari 2006 zijn scholen voor primair, voortgezet en speciaal onderwijs wettelijk verplicht aandacht te besteden aan ‘actief burgerschap en sociale integratie’. Scholen worden geacht hier gaandeweg zelf invulling aan te geven. Als ondersteuning hierbij heeft SLO een verkennende nota uitgebracht onder de titel “Een basis voor burgerschap”. Deze nota bevat een leerplankader voor het funderend onderwijs en heeft wil de dialoog over doel, inhoud en didactiek van burgerschapsvorming stimuleren. Als specifieke uitwerking voor het praktijkonderwijs is "Praktisch burgerschap" uitgebracht.
2 maart 2015
Eind 2005 is een (onderwijs)wet aangenomen die scholen vraagt aandacht te besteden aan 'actief burgerschap en sociale integratie'. Centraal staat daarbij "de bereidheid en het vermogen om deel uit te maken van de gemeenschap en daar een actieve bijdrage aan te leveren". Op de vraag wat hier precies wel en niet mee bedoeld wordt, gaat de overheid niet uitvoerig in: het is de bedoeling dat scholen zelf invulling geven aan het overheidsbeleid. Een gemeenschappelijk leerplankader kan eenstemmigheid over doel en inhoud van actief burgerschap bevorderen. Hiertoe heeft SLO het initiatief genomen. In deze verkennende nota worden de begrippen actief burgerschap en sociale integratie nader omschreven, op basis van een analyse van nationaal en internationaal onderwijsbeleid. Het resultaat is een leerplankader voor burgerschapsvorming in het funderend onderwijs. In de uitwerking is uitgegaan van de leeftijdsgroep van 4 tot 16 jaar.
2 maart 2015
In het onderwijs wordt steeds vaker een beroep gedaan op scholen om een bijdrage te leveren aan actief burgerschap en sociale integratie. Eén van de werkvormen die hierbij behulpzaam kan zijn is het voeren van debatten. Deze leerlijn is er op gericht leerkrachten in het basisonderwijs te ondersteunen bij het organiseren en ontwikkelen van het leren debatteren. Aan de orde komen onder andere de belangrijkste bouwstenen voor debatteren in het onderwijs, de leerdoelen die daarbij gesteld kunnen worden en de rol van de leerkracht
2 maart 2015
Om de aandacht voor mensenrechteneducatie een meer structurele en duurzame plaats te geven in het onderwijs is door het ministerie van Buitenlandse Zaken en in overleg met het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan SLO gevraagd om mensenrechten voorbeeldmatig uit te werken als onderdeel van het leerplanvoorstel actief burgerschap en sociale integratie. Met een dergelijke leerplankundige uitwerking van mensenrechten als onderdeel van burgerschap, wordt gestreefd naar meer inzicht in en overeenstemming over kernelementen voor mensenrechteneducatie en naar een meer zichtbare samenhang met burgerschap. Een vervolgstap is om te kijken hoe leermiddelen aansluiten en benut kunnen worden bij het in de praktijk brengen van deze kernelementen. In deze leermiddelenanalyse zijn exemplarisch tien leermiddelen onderzocht om zicht te krijgen op aanknopingspunten voor de invulling van mensenrechteneducatie.
2 maart 2015
Om de aandacht voor mensenrechteneducatie een meer structurele en duurzame plaats te geven in het onderwijs is door het ministerie van Buitenlandse Zaken en in overleg met het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan SLO gevraagd om mensenrechten voorbeeldmatig uit te werken als onderdeel van het leerplanvoorstel actief burgerschap en sociale integratie. Met een dergelijke leerplankundige uitwerking van mensenrechten als onderdeel van burgerschap, wordt gestreefd naar meer inzicht in en overeenstemming over kernelementen voor mensenrechteneducatie en naar een meer zichtbare samenhang met burgerschap. Het voorliggende curriculumvoorstel gaat in op de beleidscontext en geeft een toelichting op de structuur van het leerplan. In een drietal bijlagen zijn de leerplannen voor het basisonderwijs en de onder- en bovenbouw van het voortgezet onderwijs opgenomen.
2 maart 2015
Dit rapport formuleert adviezen met betrekking tot de herinrichting van het vak informatica in de bovenbouw van het havo en vwo, zodat het vak actueler en aantrekkelijker wordt voor leerlingen en kan blijven aansluiten bij wetenschappelijke en maatschappelijke vernieuwingen. Het rapport bevat informatie, afkomstig uit een literatuurstudie, een landelijke enquête onder informaticadocenten, interviews met informaticadocenten en een raadpleging van informaticadeskundigen binnen en buiten het voortgezet onderwijs.
12 februari 2015
In 2009 zijn de nieuwe examenprogramma's maatschappijwetenschappen voor havo en vwo aangeboden aan de minister van OCW. In twee pilots heeft SLO een evaluatieonderzoek opgezet om de haalbaarheid van deze vernieuwde examenprogramma's in kaart te brengen. Deze publicatie bevat het eindadvies over landelijke implementatie van het nieuwe examenprogramma maatschappijwetenschappen havo en vwo. Het advies is gebaseerd op de conclusies zoals geformuleerd in de evaluatierapporten van de examenpilots maatschappijwetenschappen havo (2010-2013) en vwo (2010-2014). In deze evaluatierapporten werd onderzocht in hoeverre de beoogde vernieuwing van het examenprogramma maatschappijwetenschappen voor havo en vwo resulteerde in een haalbaar, uitvoerbaar en toetsbaar leerplan.
12 februari 2015
Deze publicatie, bedoeld voor leerkrachten in de bovenbouw van de basisschool en docenten rekenen-wiskunde in de onderbouw van het vmbo, presenteert de afbakening van een tiental leerstofdomeinen met bijbehorende leerdoelen op het gebied van rekenen-wiskunde die van belang zijn voor de doorgaande leerlijn van het primair onderwijs naar het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs. Met de beschrijving wordt beoogd een indicatie te geven van wat in de hoogste leerjaren van het po en in de eerste leerjaren van het vmbo bij voorkeur aan bod dient te komen. Naast een aantal uitgangspunten voor zo’n curriculum wijst de publicatie ook op valkuilen, bijvoorbeeld dat docenten van andere vakken die een beroep doen op rekenvaardigheden soms hun toevlucht tot didactische kunstgrepen die weliswaar op korte termijn enig effect lijken te sorteren, maar die veelal nauwelijks bijdragen aan een beter begrip en een verdere ontwikkeling van gecijferdheid bij leerlingen.
26 januari 2015
De referentieniveaus zijn ook voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften het uitgangspunt. Er zijn echter leerlingen die, ondanks de inspanningen van de school, de referentieniveaus niet halen op het moment dat het van hen wordt verwacht. Dan kan het nodig zijn om (inhoudelijke) keuzes te maken, zodat deze leerlingen een onderwijsaanbod krijgen dat past bij hun ontwikkelingsperspectief. Het project Passende perspectieven heeft ter ondersteuning van dit proces de referentieniveaus voor taal uitgewerkt, waarbij werd uitgegaan van drie verschillende groepen met elk een specifieke beperking. De opbrengsten van de eerste fase van het project bevat de volgende onderdelen: wegwijzer, leerroutes bij de doelenlijsten, en profielschetsen van de drie doelgroepen.
N.B. Er is inmiddels een nieuw overzicht van leerroutes ontwikkeld. De betreffende publicatie wordt nu niet geactualiseerd, daarin staat nog het eerder ontwikkelde overzicht. Je kunt het nieuwe overzicht erbij gebruiken ter verduidelijking.
26 januari 2015
Het project Passende perspectieven heeft ter ondersteuning van het kiezen van een passend onderwijsaanbod voor elke leerlinge de referentieniveaus voor taal uitgewerkt
26 januari 2015