Publicaties
verfijn de resultaten
Zoeken in de index
aantal resultaten: 109
De experimentele examenprogramma’s wiskunde 2014, zoals ontwikkeld door cTWO, vormden de grondslag voor de examenpilots die in het schooljaar 2009-2010 van start gingen in de vierde klassen van in totaal zestien pilotscholen voor havo en vwo. Deze pilots zijn onderworpen aan een onafhankelijke, meerjarige curriculumevaluatie, uitgevoerd door SLO in opdracht van het ministerie van OCW en in afgestemd met cTWO. De evaluatie richtte zich op beantwoording van de volgende algemene hoofdvraag: In hoeverre heeft de vernieuwing geresulteerd in voor pilotdocenten en -leerlingen haalbare en uitvoerbare wiskundeprogramma's? De evaluatierapportage in zijn geheel omvat, naast een samenvattend eindrapport, zeven deelrapportages over de examenpilots wiskunde A, B en D voor havo en wiskunde A, B, C en D voor vwo.
9 juli 2012
Deze module is bestemd voor leerlingen in het havo die van plan zijn in het hbo een economische of technische studie te gaan volgen waarvoor wiskunde A toegang geeft, en voor eerstejaarsstudenten in deze opleidingen die merken dat hun kennis en vaardigheden op dit gebied te kort schieten. De module heeft als doel wiskundige vaardigheden van leerlingen met wiskunde A die in de vervolgstudies van belang zijn te herhalen en op een voldoende niveau te brengen. Ook wordt rekenvaardigheid geoefend zodat leerlingen in staat zijn te rekenen zonder gebruik te hoeven maken van een grafische rekenmachine.
26 januari 2012
De referentieniveaus beschrijven wat leerlingen moeten kennen en kunnen op het gebied van taal en rekenen op verschillende momenten in hun onderwijsloopbaan. Voor het primair onderwijs zijn twee niveaus beschreven: streefniveau 1S en fundamenteel niveau 1F. Niveau 1S moet door het grootste gedeelte van de leerlingen bereikt worden aan het eind van het basisonderwijs. Als op een verantwoorde manier wordt vastgesteld dat het aanbod op niveau 1S te hoog is en de leerling deze doelen niet zal halen, kunnen leraren deze leerling laten werken naar niveau 1F. De voorliggende checklist helpt intern begeleiders (en leraren) om een zorgvuldige afweging te maken bij de keus om het 1S-rekenniveau los te laten en te werken naar niveau 1F.
23 januari 2012
Tot enige jaren geleden werd de verzorging van het rekenonderwijs vooral als een taak van het primair onderwijs gezien. Recentelijk is echter het brede inzicht ontstaan dat aandacht voor duurzame verwerving van rekenkundige kennis, inzicht en vaardigheden ook tot de verantwoordelijkheid van het voortgezet onderwijs hoort. Deze handreiking bevat aandachtspunten en stappenplannen die scholen kunnen gebruiken om een rekenbeleidsplan te ontwikkelen en om het bestaande rekencurriculum te versterken.
3 augustus 2011
Bij het versterken van het leerplankundig denken en handelen in de voor- en vroegschoolse educatie spelen leermiddelen en materialen een cruciale rol. Leermiddelen kunnen gezien worden als belangrijke 'dragers van het leerplan'. Om pedagogisch medewerkers en leerkrachten gericht te ondersteunen bij het kiezen van de juiste leermiddelen biedt SLO in dit katern een overzicht van alle beschikbare methoden, materialen en screeningsinstrumenten voor de drie ontwikkelingsgebieden: taal, rekenen en sociaal-emotioneel.
3 augustus 2011
Pabo's staan met ingang van het opleidingsjaar 2012-2013 voor de taak de kennisbases Nederlandse taal en rekenen-wiskunde in het curriculum te implementeren. Aan SLO is door het ministerie van OCW gevraagd nader onderzoek te doen naar de implicaties die de komst van de kennisbases heeft voor het pabocurriculum en naar de manier waarop pabo's de kennisbases implementeren. Zeven pilotpabo's hebben deelgenomen aan het onderzoek. Vanuit elke pabo wordt een casusbeschrijving gegeven waarin wordt aangegeven hoe het nieuwe curriculum eruit gaat zien en hoe de vernieuwing wordt georganiseerd.
20 juli 2011
SLO heeft, op initiatief van de Ververs Foundation, een systematische toekomstgerichte verkenning van de wenselijke inhouden van het reken- en wiskundeonderwijs uitgevoerd. De studie is toegespitst op het onderwijs aan leerlingen van 4 tot 14/15 jaar, dat wil zeggen het basisonderwijs en de eerste fase van het voortgezet onderwijs. De vraag die in dit rapport centraal staat is wat relevante, toekomstgerichte reken- en wiskundedoelen zijn voor leerlingen in het funderend onderwijs. Welke reken- en wiskundebagage moeten leerlingen in deze fase verwerven, als bijdrage aan de voorbereiding op hun toekomstige beroep en op hun rol als burger in een informatiesamenleving?
21 april 2011
De rekentoetswijzer 3F vormt het kader voor de eisen die in de rekentoets(en) 3F gesteld worden, geformuleerd in termen van ‘kennen en kunnen’. In deze rekentoetswijzer wordt beschreven hoe de rekendoelen uit het referentiekader rekenen, niveau 3F, kunnen voorkomen in de rekentoetsen 3F.
22 januari 2011
De kerndoelen van de wiskunde voor de onderbouw zijn erg globaal en geven de docent weinig houvast met betrekking tot wat leerlingen moeten kennen en kunnen aan het eind van klas drie. Deze kerndoelen zijn voor havo en vwo al grotendeels gerealiseerd aan het eind van klas twee. Minder duidelijk is, wat leerlingen moeten kennen en kunnen aan het eind van klas drie. Hier blijkt in het veld wel behoefte aan te zijn. Achterliggende gedachten: versterking van de onderbouw, doorlopende leerlijn onder- en bovenbouw, onderscheid havo en vwo. SLO en de commissie Toekomst Wiskunde Onderwijs (cTWO) hebben samen een document gemaakt ten aanzien van het eindniveau klas drie, met uitsplitsing naar havo en vwo en met aandacht voor de aansluiting op de uiteenlopende vervolgtrajecten wiskunde A, B of C : de zogenaamde 'tussendoelen'.
9 september 2010
De resultaten van PISA in de periode 2003-2009 laten een dalende lijn zien - zowel absoluut (gemiddelde scores) als relatief (positie op de internationale ranglijst) - in prestaties van Nederlandse leerlingen voor wiskunde en deels ook voor leesvaardigheid en natuurwetenschappen. Naar aanleiding hiervan heeft de directie Voortgezet Onderwijs van OCW SLO gevraagd een analyse van de PISA-uitkomsten uit te voeren waarin deze daling vanuit leerplankundig perspectief verklaard wordt. Bij deze analyse is als kapstok gehanteerd de indeling in leerplankundige verschijningsvormen: beoogd, uitgevoerd en bereikt curriculum. Met name ging het daarbij om de vraag hoe dat wat gevraagd en getoetst wordt bij PISA zich verhoudt tot de kerndoelen, de meest gebruikte methoden en de lespraktijk op basis van die methoden. Daarbij is niet alleen gekeken naar de onderbouw van het voortgezet onderwijs, maar naar de hele fase van het funderend onderwijs (4 - 15) en daarnaast ook naar de tweede fase.
21 april 2010