Onderwijsdoelen

27 mei 2024

Burgerschap kent geen eigen kerndoelen. Richtinggevend voor de onderwijspraktijk zijn daarom de huidige kerndoelen po en onderbouw vo van 2006 die wel een verwantschap vertonen met burgerschapsaspecten.

De huidige kerndoelen worden geactualiseerd en daarbij worden ook kerndoelen ontwikkeld voor burgerschap. Deze kerndoelen zullen begin 2024 in concept gereed zijn. Tot die tijd kunnen scholen de huidige kerndoelen gebruiken als wettelijke inhoudelijke basis voor burgerschapsdoelen.

Leraren en schoolleiders hebben in 2019 voorstellen gemaakt voor de actualisatie van het curriculum. Het programma Curriculum.nu is daarmee afgerond. De opgeleverde voorstellen voor burgerschap zijn gebruikt als één van de bronnen bij de actualisatie van kerndoelen.

Primair onderwijs

Voor primair onderwijs zijn de kerndoelen die de meeste raakvlakken hebben met burgerschap te vinden in het leergebied Oriëntatie op jezelf en de wereld (OJW). Sommige kerndoelen zijn direct en concreet aanwijsbaar te verbinden aan bepaalde burgerschapsaspecten, andere kerndoelen zijn meer op afstand verwant aan burgerschap. Daarnaast zijn er kerndoelen met vaardigheden die belangrijk zijn voor deelname aan de pluriforme democratische samenleving. Deze zijn te vinden in het leergebied Nederlands (NL).

Kerndoelen po die direct betrekking hebben op het samenleven in en deelnemen aan de Nederlandse democratische en pluriforme samenleving.
Toelichting: er zijn drie kerndoelen van het domein Oriëntatie op jezelf en de wereld (OJW) die expliciet verbonden kunnen worden aan burgerschap.

OJW 36

De leerlingen leren hoofdzaken van de Nederlandse en Europese staatsinrichting en de rol van de burger.

OJW 37

De leerlingen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen.

OJW 38

De leerlingen leren hoofdzaken over geestelijke stromingen die in de Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke rol spelen, en ze leren respectvol om te gaan met seksualiteit en met diversiteit binnen de samenleving, waaronder seksuele diversiteit.

Bron: Handreiking burgerschap funderend onderwijs (2021). Amersfoort: SLO.

Kerndoelen po die gericht zijn op meningsvorming en (online) informatievaardigheden.
Toelichting: kerndoelen 3, 6, 7 en 8 horen bij het leergebied Nederlands. Het gaat om doelen en vaardigheden die een belangrijke voorwaarde zijn om deel te kunnen nemen aan een democratische en pluriforme samenleving. Denk aan het deelnemen aan discussies, het leren beargumenteren, het vergelijken van diverse perspectieven en meningen. Teksten die daarvoor gebruikt worden, kunnen over burgerschapsrelevante thema’s gaan. Ze hoeven niet tijdens de les Nederlands aan de orde te komen, ze kunnen ook binnen OJW of andere leergebieden ingezet worden.

NL 3

De leerlingen leren informatie te beoordelen in discussies en in een gesprek dat informatief of opiniërend vak karakter is en leren met argumenten te reageren.

NL 6

De leerlingen leren informatie en meningen te ordenen bij het lezen van school- en studieteksten en andere instructieve teksten, en bij systematisch geordende bronnen, waaronder digitale bronnen.

NL 7

De leerlingen leren informatie en meningen te vergelijken en te beoordelen in verschillende teksten.

NL 8

De leerlingen leren informatie en meningen te ordenen bij het schrijven van een brief, een verslag, een formulier of een werkstuk. Zij besteden daarbij aandacht aan zinsbouw, correcte spelling, een leesbaar handschrift, bladspiegel, eventueel beeldende elementen en kleur.

Bron: Handreiking burgerschap funderend onderwijs (2021). Amersfoort: SLO.

Kerndoelen po die in verband gebracht kunnen worden met aspecten van burgerschap.
Toelichting: er zijn ook kerndoelen die een minder expliciete relatie hebben met burgerschap. Ze komen uit het leergebied Oriëntatie op jezelf en de wereld en Kunstzinnige oriëntatie.

OJW 34
De leerlingen leren zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische toestand van zichzelf en anderen.

Van dit kerndoel hoort de zorg voor anderen wel tot het domein van burgerschap (zogenoemde interpersoonlijke vaardigheden), de zorg voor het zelf niet (zogenoemde intrapersoonlijke vaardigheden). Het gaat bij burgerschap dus wel om vaardigheden zoals samenwerking, conflicthantering, oordeelsvorming en het versterken van empathische vermogens. Het gaat niet om sociaal-emotionele ontwikkeling per se, en ook niet om andere, heel nuttige educaties die het welzijn en de zelfredzaamheid van leerlingen vergroten (Curriculum.nu, 2019b; Nieuwelink, 2021; Visser, 2018).

OJW 35
De leerlingen leren zich redzaam te gedragen in sociaal opzicht, als verkeersdeelnemer en als consument.

Voor burgerschap gaat het vooral om het aspect 'je redzaam leren gedragen in sociaal opzicht'.

OJW 39
De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu.

Bij dit kerndoel gaat het voor burgerschap vooral om de relatie die je legt met het verantwoordelijk leren omgaan met je eigen leefomgeving.

OJW 47
De leerlingen leren de ruimtelijke inrichting van de eigen omgeving te vergelijken met die in omgevingen elders, in binnen- en buitenland, vanuit de perspectieven landschap, wonen, werken, bestuur, verkeer, recreatie, welvaart, cultuur en levensbeschouwing. In ieder geval wordt daarbij aandacht besteed aan twee lidstaten van de Europese Unie en twee landen die in 2004 lid werden, de Verenigde Staten en een land in Azië, Afrika en Zuid-Amerika.

Het relevante burgerschapsaspect gaat met name over 'het vergelijken van de situatie in Nederland met de perspectieven bestuur, welvaart, cultuur en levensbeschouwing'.

OJW 53
De leerlingen leren over de belangrijke historische personen en gebeurtenissen uit de Nederlandse geschiedenis en kunnen die voorbeeldmatig verbinden met de wereldgeschiedenis.

Dit kerndoel gaat over het leren van historische aspecten en hangt samen met kerndoel OJW 52: De leerlingen leren over kenmerkende aspecten van de volgende tijdvakken: jagers en boeren; Grieken en Romeinen; monniken en ridders; steden en staten; ontdekkers en hervormers; regenten en vorsten; pruiken en revoluties; burgers en stoommachines; wereldoorlogen en holocaust; televisie en computer. De vensters van de canon van Nederland dienen als uitgangspunt ter illustratie van de tijdvakken.

KO 56
De leerlingen verwerven kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed.

Dit kerndoel over erfgoed hoort nu bij het leergebied  kunstzinnige oriëntatie. In de context van burgerschap kan het ook gaan om materieel en  immaterieel erfgoed dat een opstapje biedt tot kritisch denken en empathie, zoals historische objecten en  gebruiken waar maatschappelijk debat over bestaat (slavernijverleden, piet, het tentoonstellen van roofkunst of de lichamen van  terdoodveroordeelden, enzovoort). Ook vieringen en herdenkingen, religieus erfgoed en de zorg voor/reflectie op monumenten behoren tot het materieel en immaterieel  erfgoed en kun je inzetten in de context van burgerschap (vgl. Dibbits, 2020; Platform WOII  2017); Vroemen, 2020).

Bron: Handreiking burgerschap funderend onderwijs (2021). Amersfoort: SLO.


SLO actualiseert de kerndoelen en examenprogramma’s

Inmiddels zijn de eerste opbrengsten gepubliceerd. Benieuwd naar de ontwikkelingen?