Groep 1-2
Een kleuter is een kind van ongeveer 4 tot 6 jaar en gaat normaliter naar groep 1 en 2 van het primair onderwijs. De kleutertijd is een periode van boeiende ontwikkeling voor een kind.
Dit heeft alles te maken met de ontwikkeling van de hersenen en de mogelijkheden om bewuster, realistischer en abstracter te denken, maar ook de verbetering van de coördinatie van grove en fijne motoriek (Levensfase, 2104).
Kinderen in deze levensfase groeien niet zo hard in de lengte, maar veranderen wel van uiterlijk, ze worden slanker (Delfos, 2011; Levensfase, 2014).
Problemen met tandbederf en overgewicht kunnen al op jonge leeftijd ontstaan. Deze kinderen kunnen in kleinere porties mee eten in het gezin. Het voedingspatroon van kinderen in deze leeftijd is nog geen verantwoordelijkheid van de kinderen zelf. Kinderen in deze levensfase beginnen met wisselen van tanden en kiezen (Snel, 2012).
Motorische vaardigheden nemen toe in kwaliteit en kwantiteit. Toch hebben kleuters meestal nog een grote behoefte aan slaap- en rustperioden. Ze kunnen hun krachten nog slecht over de dag verdelen (Levensfase, 2014).
In deze levensfase staan kinderen open voor instructie, leren eenvoudige tekeningen maken, leren fietsen en ontdekken ook het hebben van een eigen wil (Bron et al., 2006). Ook is er een toenemend ik-besef en als gevolg daarvan worden kinderen zich bewust van de eigen kwetsbaarheid. Hierdoor hebben ze nogal eens last van angstgevoelens. In deze periode is er vaak sprake van sterk wisselende emoties. Jonge kinderen uiten zich heel veel met hun lichaam en hebben grote behoefte aan lichamelijk contact. Door kinderen de gelegenheid te geven gevoelens en gedachten te uiten, er met elkaar over te praten, leren ze met eigen gevoelens en gedachten om te gaan. Veel kleuters raken daarnaast verlegen over hun eigen lichaam en beginnen grenzen te trekken (Levensfase, 2014; Rutgers WPF, 2011).
Kleuters komen via school in contact met grotere groepen mensen, ze weten steeds beter welk gedrag daarbij hoort. Van veel nieuwe situaties kunnen kleuters de risico's nog niet inschatten. Ze zijn lichamelijk erg kwetsbaar (Bron et al. 2006).
De kleuterleeftijd is een periode waarin veel kinderziekten voorkomen. De meeste kinderen zijn ingeënt tegen bof, mazelen, rode hond en hersenvliesontsteking. Ook de verspreiding van hoofdluis verloopt heel gemakkelijk, omdat kleuters veel lichamelijk contact hebben en hun jassen vaak opeengepakt aan de kapstok hangen (Bron et al. 2006).
Kleuters lopen vooral letsel op door een privé-ongeval in en om huis, zoals vallen of verbranden (Delfos, 2011; Veiligheid, 2013).