Bestaande opdrachten bewerken
Met kleine aanpassingen kan van een ´gewone´ opgave een opgave gemaakt worden die een beroep doet op hogere denkvaardigheden. Daarom vind je hier bij elke opgave een korte beschrijving van de vaardigheden waarop deze een beroep doet en hoe deze in de les gebruikt kan worden.
Dat kan bijvoorbeeld door:
- in opdrachten minder stappen (pdf, 200 kB) aan te brengen (a, b, c, d weg, meteen naar e);
- leerlingen minder aanwijzingen of informatie te geven (minder getallen, geen asindeling, abstracter maken (pdf, 71 kB), beroep doen op structuur zien);
- te vragen naar verklaringen (pdf, 108 kB) (beredeneer, leg uit);
- te vragen verbindingen (pdf, 128 kB) te leggen, impliciet of expliciet (meerdere grafieken samen, grafiek-tabel-formule, grafiek – eigenschappen tekst);
- de vraag opener te formuleren (wellicht meerdere antwoorden (pdf, 139 kB) mogelijk, geen goed- fout vragen);
- te laten reflecteren op andermans werk (pdf, 114 kB), redeneringen, stellingen.
Het is niet nodig dat alle opgaven die je jouw leerlingen in de les laat maken de hogere denkvaardigheden aanspreken. Je kunt na uitleg leerlingen eerst laten oefenen met gewone opgaven en daarna denkopgaven gebruiken om na te gaan of ze de concepten begrepen hebben. Je kunt een denkopgave ook gebruiken om nieuwe leerstof in te leiden.
U kunt als docent het oefenen met hogere denkvaardigheden ondersteunen en jouw leerlingen stimuleren om zelf na te denken door niet direct antwoord te geven maar hun vraag met een wedervraag te beantwoorden. Deze techniek wordt ook gebruikt bij probleemoplossen. Voorbeelden van vragen waarmee je leerlingen kunt helpen zelf tot een oplossing te komen:
- Vragen stellen bij probleem oplossen (pdf, 104 kB).
- Vragen stellen om het wiskundig denken te bevorderen (pdf, 178 kB).
Denkopdrachten lenen zich er uitstekend voor om leerlingen te laten samenwerken. Samen ben je creatiever en twee weten meer dan één. Door als docent de oplossing en de manier waarop die tot stand gekomen is te bespreken draagt je bij aan de wiskundige bekwaamheid van leerlingen.