Opzoeken


In groep 1-2 maken leerlingen maken kennis met de schoolbibliotheek en de openbare bibliotheek. Leerlingen leren boeken te zoeken en te kiezen om te lezen/bekijken. Zo bekijken ze bijvoorbeeld de buitenkant en een paar platen van het boek om te beslissen of ze dit boek willen. Tijdens hun spel gebruiken ze ‘naslagwerken’, bijvoorbeeld een tv-gids, een kleuterwoordenboek en het telefoonboek. Zo kunnen ze hun vaardigheden ontwikkelen om hun weg te vinden in het aanbod en om informatie in bronnen op te zoeken. Met de ABC-muur leren kleuters niet alleen letters, maar zien ze ook de volgorde van letters. Die alfabetische volgorde leren ze later gebruiken bij het zoeken in alfabetisch geordende naslagwerken.

Inzicht in de manier waarop kinderen informatie in teksten opzoeken krijg je als leerlingen in een gesprek iets vertellen over:

  • Het opsporen van specifieke informatie
  • Het werken met trefwoordenregisters en alfabetisch geordende systemen
  • Het gebruik van naslagwerken, woordenboeken
  • Het interpreteren van grafieken, schematische informatie

In Leerstoflijnen Lezen beschreven lees je in paragraaf 3.1.3 meer over het opzoeken in teksten van leerlingen in groep 1 en 2 (p.129).

​Alles wat blauw is, is water ​

​In dit fragment pakt Yasmia geen boek, maar een opgevouwen kaart. Op de vraag of dat ook een boek is, antwoordt Yasmia "nee, daar staan allemaal wereld op". Waar is dat dan voor?, vraagt de gespreksleider. "Als je ergens heen moet, kan je op de kaart kijken", antwoordt Yasmia. Waarmee ze laat zien dat ze de functie van een kaart al kent en begrijpt.

Onderwijsbehoefte

Yasmia is duidelijk geïnteresseerd in wat er op staat en is op zoek naar Spanje (waar haar broer blijkt te wonen). Samen met de gespreksleider verkent Yasmia de kaart. Yasmia leert dat wat blauw is water is. Samen met de leerling kun je zo in een gesprek een aantal aspecten van kaarten benoemen en er over praten. Een leerling leert zo wat een kaart is en hoe hij is opgebouwd.