Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
Scholen kunnen uiteenlopende keuzes maken voor de inrichting van hun onderwijsaanbod.
Het artikel zelf is in het Engels geschreven, hieronder volgt een Nederlandstalige samenvatting.
Het effect van robotonderwijs op genderverschillen in STEM
SLO werkt sinds 2017 samen met de Stichting Leaphy, met als missie ‘Een robot voor iedere leerling’. Leaphy werkt onderzoekgebaseerd. In dit onderzoek kijken we of het werken met de Leaphy robot verschil uitmaakt tussen jongens en meisjes in hun houding ten opzichte van STEM.
Vanwege de praktische en integratieve benadering van STEM is educatieve robotica de laatste jaren steeds populairder geworden. Tegelijkertijd bestaat er nog steeds een genderkloof in de houding ten opzichte van STEM-studies en -loopbanen, vooral onder vo- scholieren, wat mogelijk kan resulteren in een gebrek aan vrouwen in het STEM-personeelsbestand. Deze studie onderzoekt het effect van een roboticacurriculum op de houding van Nederlandse leerlingen van groep 7 en 8 ten opzichte van STEM-vakken en -loopbanen, zoals beoordeeld door de S-STEM-enquête. De resultaten brachten geen verschil aan het licht tussen de attitudes vóór en na de test ten opzichte van STEM voor zowel jongens als meisjes. Op de post-test scoorden jongens echter significant hoger dan meisjes op houding ten opzichte van technologie, techniek en toekomstige STEM-studies. Een post-hoc analyse bracht tijdens de pre-test een significant verschil aan het licht tussen jongens en meisjes in hun houding ten opzichte van techniek en technologie. Deze resultaten tonen het verschil aan tussen jongens en meisjes in hun houding ten opzichte van STEM-vakken en loopbanen binnen de context van robotica-onderwijs. Gezien het gebrek aan onderzoek naar educatieve robotica bij jonge tieners, moet dit veld verder worden bestudeerd om het effect ervan op genderverschillen binnen de houding ten opzichte van STEM te beoordelen.
Bij wiskundige formalismen kan gedacht worden aan variabelen, expressies, formules, symbolen voor reken- en wiskundige bewerkingen en andere symbolen.
Basisvaardigheden en –procedures maken deel uit van het handelingsrepertoire van een leerling – of zouden daar deel van uit moeten maken.
Bij ict-hulpmiddelen kan gedacht worden aan verschillende applicaties ter ondersteuning van berekeningen, analyses en redeneringen.
Deze fase van de lees- of schrijfles heeft een evaluatief karakter. Samen met de leerlingen gaat de leraar na of de leestaak of schrijftaak naar behoren is uitgevoerd.