Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
In februari 2020 werd de wereld opgeschrikt door het coronavirus. Al snel gingen overal ter wereld landen in lockdown. In Nederland gingen de scholen dicht. Vanaf 16 maart moesten alle scholen, van basisscholen tot hoger onderwijs, zo goed mogelijk onderwijs op afstand bieden. Hoe lang de schoolsluiting zou duren en wat dat voor de rest van het schooljaar zou betekenen, was ongewis. Hoe houd je contact met je leerlingen, hoe bied je online werk gestructureerd aan, wat doe je met toetsing? Dat lees je in dit rapport.
Met deze nieuwe SLO context willen we je inspireren om aan de slag te gaan met het curriculum en samen met collega's je eigen (leer)plan te trekken.
Je leest onder andere over curriculumontwikkeling op school: doelgerichte keuzes maken voor goed onderwijs, aan de slag gaan met basisvaardigheden, de actualisatie van de examenprogramma's, de praktijkgerichte programma's en over digitale geletterdheid in het curriculum.
De wereld verandert, de mens verandert. Wat kinderen moeten kennen, kunnen en ervaren, verandert mee. Daarom wordt nu ook een samenhangend curriculum voor de leergebieden burgerschap en digitale geletterdheid ontwikkeld. Onlangs zijn de allereerste conceptkerndoelen van deze leergebieden aangeboden aan de demissionair minister Paul.
In de bovenbouw van het voortgezet onderwijs zijn digitale geletterdheid en burgerschap geen bestaande vakken. Daarom worden burgerschap en digitale geletterdheid in eerste instantie ondergebracht bij de verschillende vakgebieden. De vakvernieuwingscommissies krijgen hier gerichte werkinstructies voor aangeboden, zodat het totaal dekkend is voor de inhouden van deze nieuwe leergebieden. Zie Startnotitie digitale geletterdheid en Startnotitie burgerschap. Ook zal er vakspecifieke expertise beschikbaar worden gesteld, zodat de inhouden geborgd zijn binnen het landelijke curriculum.
In dit nieuwsbericht lees je de reactie van SLO op De Staat van het Onderwijs 2024
Het artikel zelf is in het Engels geschreven, hieronder volgt een Nederlandstalige samenvatting.
Het effect van robotonderwijs op genderverschillen in STEM
SLO werkt sinds 2017 samen met de Stichting Leaphy, met als missie ‘Een robot voor iedere leerling’. Leaphy werkt onderzoekgebaseerd. In dit onderzoek kijken we of het werken met de Leaphy robot verschil uitmaakt tussen jongens en meisjes in hun houding ten opzichte van STEM.
Vanwege de praktische en integratieve benadering van STEM is educatieve robotica de laatste jaren steeds populairder geworden. Tegelijkertijd bestaat er nog steeds een genderkloof in de houding ten opzichte van STEM-studies en -loopbanen, vooral onder vo- scholieren, wat mogelijk kan resulteren in een gebrek aan vrouwen in het STEM-personeelsbestand. Deze studie onderzoekt het effect van een roboticacurriculum op de houding van Nederlandse leerlingen van groep 7 en 8 ten opzichte van STEM-vakken en -loopbanen, zoals beoordeeld door de S-STEM-enquête. De resultaten brachten geen verschil aan het licht tussen de attitudes vóór en na de test ten opzichte van STEM voor zowel jongens als meisjes. Op de post-test scoorden jongens echter significant hoger dan meisjes op houding ten opzichte van technologie, techniek en toekomstige STEM-studies. Een post-hoc analyse bracht tijdens de pre-test een significant verschil aan het licht tussen jongens en meisjes in hun houding ten opzichte van techniek en technologie. Deze resultaten tonen het verschil aan tussen jongens en meisjes in hun houding ten opzichte van STEM-vakken en loopbanen binnen de context van robotica-onderwijs. Gezien het gebrek aan onderzoek naar educatieve robotica bij jonge tieners, moet dit veld verder worden bestudeerd om het effect ervan op genderverschillen binnen de houding ten opzichte van STEM te beoordelen.