Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
Met het aantal studielasturen (SLU) wordt aangegeven hoe zwaar een vak weegt in het vakkenpakket van de leerling. Dit aantal uren (géén lesuren) omvat alle activiteiten die nodig zijn om je in dit vak te bekwamen, dus lessen, huiswerk, practica, excursies, praktische opdrachten, het lezen van literatuur, etc. De totale studielast voor een leerling is ingezet op 40 (weken) x 40 (uur per week): dus ca. 1600 uur. Een havoleerling heeft dan totaal 3200 slu, een vwo-leerling 4800 slu, verspreid over de bovenbouwjaren.
CKV brengt de leerling in contact met kunstuitingen in levensechte, professionele contexten zodat hij de hedendaagse wereld van de kunsten ervaart.
Met het aantal studielasturen (SLU) wordt aangegeven hoe zwaar een vak is in het vakkenpakket van de leerling. Dit aantal uren (géén lesuren) omvat alle activiteiten die voor een leerling nodig zijn om zich in dit vak te bekwamen, dus lessen, huiswerk, practica, excursies, praktische opdrachten, het lezen van literatuur etc. De totale studielast over het gehele programma van alle vakken is ingezet op 40 (weken) x 40 (uur per week): dus op circa 1600 uur studieactiviteiten. Een havoleerling heeft dan in totaal 3200 slu (studielasturen), een vwo-leerling 4800 slu nodig voor zijn examenprogramma, verspreid over de jaren 4 en 5 respectievelijk 4, 5 en 6.
De kandidaat kan in contexten op basis van een gesteld probleem een technisch ontwerp voorbereiden, uitvoeren, testen en evalueren en daarbij relevante begrippen, theorie en vaardigheden en valide en consistente redeneringen hanteren.
SLO ontwikkelt samen met leraren basis- en voortgezet onderwijs voorbeeldmaterialen voor kritisch denken en handelen.
Het eindexamen voor de beroepsgerichte vakken in het vmbo bestaat uit een centraal schriftelijk praktisch examen (CSPE) en een schoolexamen (SE).
introductie en algemene informatie over het schoolexamen bedrijfseconomie havo/vwo
Hier vind je verschillende websites waarop je meer informatie vindt over goed schrijfonderwijs.
Samenhang in het curriculum kent verschillende verschijningsvormen. Die vormen van samenhang manifesteren zich op het schoolniveau, maar ze kunnen gestimuleerd (of belemmerd) worden door landelijke kaders.