Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
De karakteristiek van het leergebied kunstzinnige oriëntatie maakt onderdeel uit van de kerndoelen van dit leergebied en gaat eraan vooraf.
Het eindexamen voor de beroepsgerichte vakken in het vmbo bestaat uit een centraal schriftelijk praktisch examen (CSPE) en een schoolexamen (SE).
In de preambule van het primair onderwijs worden drie kanttekeningen geplaatst bij de operationalisering van deze kerndoelen. Hierin worden ook leergebiedoverstijgende vaardigheden / 21e eeuwse vaardigheden aan de orde gesteld.
Binnen kunstzinnige oriëntatie is het (cyclische) creatieve proces als uitgangspunt genomen voor de inhoud van het onderwijsaanbod. Dit proces draagt bij aan de ontwikkeling van de creativiteit.
Bij achtergrondinformatie is al kort aandacht besteed aan de ontstaansgeschiedenis van het nieuwe examenprogramma en de doelen van de vernieuwing. In dit deel wordt dat verder toegelicht aan de hand van de ervaringen uit het examenexperiment nieuwe scheikunde (zie onderdeel Bronnen) en met voorbeelden van de manier waarop dat in een aantal scholen is uitgewerkt (onderdeel ervaringen uit examenexperiment).
De vaardigheden zijn onderverdeeld in drie categorieën:
Subdomeinen A1 t/m A4: Algemene vaardigheden – profiel overstijgend niveau; Subdomeinen A5 t/m A9: Natuurwetenschappelijke, wiskundige en technische vaardigheden – bètaprofielniveau; Subdomeinen A10 t/m A15: Chemische vakvaardigheden.
De eindtermen beschreven in het examenprogramma worden getoetst in het centraal examen en het schoolexamen.
De kandidaat kan aangeven op welke wijze natuurwetenschappelijke kennis in studie en beroep wordt gebruikt en kan mede op basis daarvan zijn belangstelling voor studies en beroepen onder woorden brengen.