Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
Afstemming van wiskunde met aardrijkskunde, maatschappijwetenschappen en geschiedenis
Scholen mogen zelf bepalen hoe ze het examenprogramma omzetten in een onderwijsprogramma.
Havo-scholen bepalen zelf of en wanneer ze een of beide praktijkgerichte programma's in hun onderwijsaanbod opnemen. Hiervoor is voor de doorontwikkelfase (2022 – 2026) een ontheffing nodig van het ministerie van OCW.
Voorwaarden die worden gesteld aan deelname doorontwikkelfase:
- Het is een schoolexamenvak: Een praktijkgericht programma krijgt op uw school een structurele plek binnen het onderwijsprogramma van een leerling die het gekozen heeft als extra examenvak, met voldoende omvang om de beoogde leerdoelen te kunnen ontwikkelen (deze programma’s zijn ontwikkeld op 120 en 360 studielastuur, verspreid over leerjaren 4 en 5 havo).
- Inzet van personeel: Een praktijkgericht programma wordt op uw school gegeven door docenten die bevoegd zijn les te geven in het havo. Het bevoegd gezag bepaalt of de kwalificatie passend is (in lijn met artikel 26d Inrichtingsbesluit WVO).
- Kennisdeling, uitwisselen van materialen en curriculumevaluatie: Uw school stelt een vertegenwoordiger van de schoolleiding en minimaal twee docenten en op verzoek leerlingen in de gelegenheid om deel te nemen aan de activiteiten die door SLO in het kader van onderzoek, monitoring en kennisdeling worden georganiseerd. Van uw school wordt daarnaast verwacht twee keer per jaar aan de curriculumevaluatie mee te werken.
Wij vinden het belangrijk dat er een goede digitale handreiking beschikbaar komt voor alle havo-scholen. We vragen scholen om hiervoor ervaringen en het ontwikkelde materiaal te delen met SLO en andere (doorontwikkel)scholen. Er worden gedurende de doorontwikkelfase bijeenkomsten georganiseerd om elkaar te inspireren en van tips te voorzien.