Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
Sport spreekt veel vmbo-leerlingen aan. In de vernieuwde bovenbouw basis-kader zoeken veel scholen naar manieren om recht te doen aan dit soort interesses en talenten. Een praktische handreiking geeft voorbeelden van sportieve leerarrangementen: van een enkel keuzevak tot en met een complete leerlijn.
Het huidige taalcurriculum gaat vaak uit van één taal, het Nederlands. Maar in werkelijkheid zijn steeds meer leerlingen meertalig. Als leraren de verschillende moedertalen weten te benutten in het onderwijs, kunnen leerlingen gemakkelijker een brug slaan naar de nieuwe, Nederlandse taal. Aandacht voor culturele en talige rijkdom is bovendien goed voor het leer- en integratieproces. Dat schrijven experts verenigd in het Lectoreninitiatief Professionalisering Taalonderwijs Nieuwkomers (LPTN). De handreiking Ruimte voor nieuwe talenten bevat aanbevelingen voor scholen en veel praktische tips voor leraren.
Wist je dat 1 op de 5 leerlingen nog steeds niet het rekenonderwijs krijgt dat ze verdient? Net als tien jaar geleden krijgen ook nu de sterke rekenaars in de klas niet de uitdaging die ze nodig hebben. Dit constateert Het onderzoek 'Reken- en wiskundeonderwijs aan (potentieel) hoogpresterende leerlingen' van de Inspectie. Hoe til je elke rekenles naar een hoger niveau? SLO'er Suzanne Sjoers geeft praktische voorbeelden
Het artikel zelf is in het Engels geschreven, hieronder volgt een Nederlandstalige samenvatting.
Het effect van robotonderwijs op genderverschillen in STEM
SLO werkt sinds 2017 samen met de Stichting Leaphy, met als missie ‘Een robot voor iedere leerling’. Leaphy werkt onderzoekgebaseerd. In dit onderzoek kijken we of het werken met de Leaphy robot verschil uitmaakt tussen jongens en meisjes in hun houding ten opzichte van STEM.
Vanwege de praktische en integratieve benadering van STEM is educatieve robotica de laatste jaren steeds populairder geworden. Tegelijkertijd bestaat er nog steeds een genderkloof in de houding ten opzichte van STEM-studies en -loopbanen, vooral onder vo- scholieren, wat mogelijk kan resulteren in een gebrek aan vrouwen in het STEM-personeelsbestand. Deze studie onderzoekt het effect van een roboticacurriculum op de houding van Nederlandse leerlingen van groep 7 en 8 ten opzichte van STEM-vakken en -loopbanen, zoals beoordeeld door de S-STEM-enquête. De resultaten brachten geen verschil aan het licht tussen de attitudes vóór en na de test ten opzichte van STEM voor zowel jongens als meisjes. Op de post-test scoorden jongens echter significant hoger dan meisjes op houding ten opzichte van technologie, techniek en toekomstige STEM-studies. Een post-hoc analyse bracht tijdens de pre-test een significant verschil aan het licht tussen jongens en meisjes in hun houding ten opzichte van techniek en technologie. Deze resultaten tonen het verschil aan tussen jongens en meisjes in hun houding ten opzichte van STEM-vakken en loopbanen binnen de context van robotica-onderwijs. Gezien het gebrek aan onderzoek naar educatieve robotica bij jonge tieners, moet dit veld verder worden bestudeerd om het effect ervan op genderverschillen binnen de houding ten opzichte van STEM te beoordelen.