Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
Bij ict-hulpmiddelen kan gedacht worden aan verschillende applicaties ter ondersteuning van berekeningen, analyses en redeneringen.
Het CvTE maakt voor ieder jaar bekend welke hulpmiddelen zijn toegestaan bij het CE. Deze hulpmiddelen zijn voorgeschreven. Wie daarvoor moet zorgen is niet voorgeschreven. Dat is aan de school. Bijvoorbeeld: in het 'basispakket' hulpmiddelen is een passer vermeld. Het gebruik van een passer is dan toegestaan. Wie voor de passer zorgt, is aan de school.
Het College voor Toetsen en Examens (CvTE) maakt voor ieder jaar bekend welke hulpmiddelen zijn toegestaan bij het centraal examen. De hulpmiddelen zijn voorgeschreven, wie daarvoor moet zorgen is niet voorgeschreven, dat is aan de school. Bijvoorbeeld: in het 'basispakket' hulpmiddelen is een passer vermeld. Het gebruik van een passer is dan toegestaan. Wie voor de passer zorgt, is aan de school.
Bij basisbewerkingen gaat het om de elementaire handelingen van optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen die kinderen met hele getallen tot 100 uitvoeren. Ook het splitsen van getallen wordt ertoe gerekend.
Het zijn de bewerkingen die je vaak nodig hebt bij het rekenen: bij schattend rekenen (kerndoel 28), bij het handig rekenen (kerndoel 29), bij de schriftelijke bewerkingen (kerndoel 30), en bij het gebruik van de rekenmachine (kerndoel 31).
De basisbewerkingen worden gewoonlijk in verschillende etappes aangeleerd: splitsen, optellen en aftrekken van getallen tot 10; idem tot 20 en tot 100; vermenigvuldigen (begrip, tafels) en delen (begrip, tafels).
In dagelijkse betaalsituaties kun je meestal volstaan met schattingen.
Bijvoorbeeld: Ik heb 3 pakken koffie van € 3,78, 1 doos wasmiddel van € 7,98 en 4 pakken lucifers van € 1,18 in mijn mandje liggen. Heb ik aan € 10,- genoeg om te betalen? Het gebruik van pinnen maakt deze toepassing echter steeds minder noodzakelijk. Daardoor verschuift het schatten naar het begroten van uitgaven in relatie tot inkomsten, zodat (te veel) rood staan wordt voorkomen.
Als je moet controleren of een berekening met de rekenmachine klopt, hoef je bijna nooit precies te rekenen:
- 1250 + 16, moet iets meer dan 1250 zijn;
- 4516 + 375, moet iets minder dan 4900 zijn;
- 391,36 - 16,752 zal ongeveer 375 zijn.