Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
Het eindexamen voor de beroepsgerichte vakken in het vmbo bestaat uit een centraal schriftelijk praktisch examen (CSPE) en een schoolexamen (SE).
In het biologieonderwijs wordt af en toe ook gerekend, worden tabellen en grafieken gemaakt en gelezen en worden cijfermatige modellen gebruikt.
De domeinen B, C en D omvatten voor het overgrote deel de robuuste vakconcepten van de chemie zoals die door havoleerlingen moeten worden gekend. De feiten en de kennis die nader in de syllabus worden benoemd mogen in het schoolexamen ruimer of juist krapper worden geïnterpreteerd. Maar duidelijk is wel dat feitenkennis onontbeerlijk is voor onderwijs en toetsing van de contexten in de domeinen E, F en G ongeacht of het daar nu gaat om eindtermen voor het CE of voor het SE.
- 83 - 67 kun je rijgend oplossen door eerst 83 - 60 = 23 en dan 23 - 7 te berekenen.
- Je kunt 83 - 67 ook met een splitsstrategie oplossen: 80 - 60 = 20, 3 - 7 is 4 tekort; 20 - 4 is 16.
- Een aanvul- of doortelstrategie is bijvoorbeeld: van 67 naar 70 is 3, en van 70 naar 83 is 13. Dat geeft in totaal 16.
- Je kunt 83 - 67 ook als verschil zien. Een verschil verandert niet als je bij beide termen evenveel toevoegt of wegneemt. Door in 83 - 67 bij beide termen 3 op te tellen krijg je 86 - 70 = 16.
Hier is beschreven uit welke domeinen en subdomomeinen het examenprogramma scheikunde bestaat voor havo en vwo.
Ja. Voor de rondes in 2024 en 2025 zijn 81 plekken beschikbaar. In 2026 volgt de laatste aanmeldronde voor 80 scholen.
tabel met een overzicht van de (sub)domeinen van het examenprogramma met de verdeling van de (sub)domeinen tussen CE en SE.