Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
Met het aantal studielasturen (SLU) wordt aangegeven hoe zwaar een vak weegt in het vakkenpakket van de leerling. Dit aantal uren (géén lesuren) omvat alle activiteiten die nodig zijn om je in dit vak te bekwamen, dus lessen, huiswerk, practica, excursies, praktische opdrachten, het lezen van literatuur, etc. De totale studielast voor een leerling is ingezet op 40 (weken) x 40 (uur per week): dus ca. 1600 uur. Een havoleerling heeft dan totaal 3200 slu, een vwo-leerling 4800 slu, verspreid over de bovenbouwjaren.
Sinds 2003 wordt gewerkt aan de vernieuwing van de exacte vakken in de tweede fase. De aanleiding voor deze vernieuwing van de bètavakken werd gevormd door enerzijds maatschappelijke ontwikkelingen en anderzijds knelpunten in het vo-onderwijs in de bètavakken. Hoewel de details per vak verschillen, worden de volgende aspecten als aanleiding voor de vernieuwing door de diverse commissies, verenigd in β5, onderschreven:
Het CvTE maakt voor ieder jaar bekend welke hulpmiddelen zijn toegestaan bij het CE. Deze hulpmiddelen zijn voorgeschreven. Wie daarvoor moet zorgen is niet voorgeschreven. Dat is aan de school. Bijvoorbeeld: in het 'basispakket' hulpmiddelen is een passer vermeld. Het gebruik van een passer is dan toegestaan. Wie voor de passer zorgt, is aan de school.
Het vernieuwde examenprogramma biedt de mogelijkheid om je eigen visie, de visie van de vaksectie nog eens tegen het licht te houden en om samen na te gaan welke keuzes je kunt maken bij het kiezen van de invulling van het programma. Hier worden de verschillende strategieën beschreven die mogelijk zijn.
Het eindexamen voor de beroepsgerichte vakken in het vmbo bestaat uit een centraal schriftelijk praktisch examen (CSPE) en een schoolexamen (SE).
introductie en algemene informatie over het schoolexamen bedrijfseconomie havo/vwo