Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
Ook in het po worden vak- en taaldoelen gelijktijdig ontwikkeld via contextrijk onderwijs: vol interactie en met taalsteun. Dit thema biedt informatie over bronnen en lesvoorbeelden.
Naast wiskundige kennis en vaardigheid is het belangrijk dat leerlingen leren wiskundig te denken. Wat is dat? En hoe leren ze dat? Daarover kun je hier meer lezen.
De producten van Passende perspectieven rekenen helpen vmbo-scholen om een passend onderwijsaanbod vorm te geven voor leerlingen die moeite hebben met rekenen en het vmbo binnenkomen met een rekenniveau onder 1F. Leerlingen die het vmbo afsluiten dienen in principe niveau 2F te beheersen. Voor leerlingen in de basisberoepsgerichte leerweg bestaat de mogelijkheid zich te richten op een lager niveau: 2A.
De kandidaat kan in contexten een voor de natuurwetenschappen relevant instrumentarium hanteren, waar nodig met aandacht voor risico's en veiligheid; daarbij gaat het om instrumenten voor dataverzameling en -bewerking, vaktaal, vakconventies, symbolen, formuletaal en rekenkundige bewerkingen.
In het rapport van de vervolgcommissie maatschappijwetenschappen (de tweede commissie onder leiding van Schnabel, Schnabel & Meijs, 2009) wordt het belang aan de orde gesteld van het gebruik van maatschappelijke en actuele vraagstukken.
In november 2022 overhandigde de vakvernieuwingscommissie de conceptexamenprogramma’s wiskunde vmbo aan het ministerie van OCW.
Een domein als verhoudingen vraagt om een heel andere taalvaardigheid dan bijvoorbeeld het domein meten & meetkunde. Welke taal staat precies centraal in een rekenles? Hoe kan een leerkracht 'door een taalbril' een rekenles voorbereiden? En welke talige ondersteuning is nodig tijdens de interactie met leerlingen? Op verschillende scholen zijn leerkrachten met deze vragen aan de slag gegaan.
De leerlingen leren praktische en formele rekenwiskundige problemen op te lossen en redeneringen helder weer te geven.