Zoeken - zoekresultaten
verfijn de resultaten
De kandidaat kan de specifieke vaktaal en vakterminologie interpreteren en produceren, waaronder formuletaal, conventies en notaties.
De kandidaat kan de computer gebruiken bij modelleren en visualiseren van verschijnselen en processen, en voor het verwerken van gegevens.
De kandidaat kan stoffen en materialen analyseren en zuiveren en daarbij veilig omgaan met stoffen, materialen en apparatuur.
Hier is de afstemming met Nederlands en maatschappijwetenschappen beschreven
Hiernaast vindt u de link naar een beoordelingsinstrument voor onderzoeken. We zijn op zoek gegaan naar criteria die in de praktijk worden gebruikt om een onderzoek te beoordelen.
Genredidactiek staat voor een onderwijsaanpak waarin leerlingen systematisch vertrouwd gemaakt worden met de communicatieve en conceptuele werking van teksten. Het uiteindelijk doel is dat leerlingen zelfstandig alle onderwijsrelevante teksttypen kunnen lezen en schrijven.
Op deze pagina staat een overzicht van belangrijke documenten en websites die betrekking hebben op de vakvernieuwing havo/vwo en vmbo.
Kerndoel 5
De leerlingen leren naar inhoud en vorm teksten te schrijven met verschillende functies, zoals: informeren, instrueren, overtuigen of plezier verschaffen.
Kerndoel 8
De leerlingen leren informatie en meningen te ordenen bij het schrijven van een brief, een verslag, een formulier of een werkstuk. Zij besteden daarbij aandacht aan zinsbouw, correcte spelling, een leesbaar handschrift, bladspiegel, eventueel beeldende elementen en kleur.
Kerndoel 9
De leerlingen krijgen plezier in het lezen en schrijven van voor hen bestemde verhalen, gedichten en informatieve teksten.
Kerndoel 10
De leerlingen leren bij de doelen onder «mondeling taalonderwijs» en «schriftelijk taalonderwijs» strategieën te herkennen, te verwoorden, te gebruiken en te beoordelen.
Kerndoel 11
De leerlingen leren een aantal taalkundige principes en regels. Zij kunnen in een zin het onderwerp, het werkwoordelijk gezegde en delen van dat gezegde onderscheiden. De leerlingen kennen - regels voor het spellen van werkwoorden; - regels voor het spellen van andere woorden dan werkwoorden; - regels voor het gebruik van leestekens.
Kerndoel 12
De leerlingen verwerven een adequate woordenschat en strategieën voor het begrijpen van voor hen onbekende woorden. Onder «woordenschat» vallen ook begrippen die het leerlingen mogelijk maken over taal te denken en te spreken.