Zoeken
verfijn de resultaten
Scholen mogen zelf bepalen hoe ze het examenprogramma omzetten in een onderwijsprogramma.
Vanaf 2011 wordt bij het examen Nederlands in het vmbo het referentiekader taal in acht genomen.
Het examenprogramma Nederlands bestaat uit acht exameneenheden die voor alle leerwegen gelden (de kerndelen, bijvoorbeeld leesvaardigheid) en drie exameneenheden uitsluitend voor de gemengde en theoretische leerweg (de verrijkingsdelen, bijvoorbeeld schrijven op basis van documentatie).
Een leerling kan op een hoger niveau eindexamen doen. Een vmbo-tl-leerling kan bijvoorbeeld voor het vak Nederlands op havoniveau eindexamen doen.
De exameneenheid Oriëntatie op leren en werken moet getoetst worden op het schoolexamen en leent zich meer voor praktische opdrachten dan voor een schriftelijke toets.
Deze exameneenheid geldt voor alle leerwegen, moet getoetst worden op het schoolexamen en kan bij het examineren van alle taalvaardigheden meegenomen worden in de beoordeling.