Zoeken
verfijn de resultaten
aantal resultaten: 25
Dit vakdossier bevat een beschrijving van de stand van zaken van Engels in het basisonderwijs (Eibo).Hoofdstuk 1 geeft een overzicht van de beleidsontwikkelingen en gaat in op de verschillende generaties kerndoelen. In hoofdstuk 2 wordt de lespraktijk beschreven. Wanneer starten scholen met Engels, hoeveel tijd wordt er wekelijks aan besteed, hoe wordt Engels gegeven, met welk materiaal en welke toetsen? Hoofdstuk 3 gaat in op de opleiding en toerusting van leerkrachten, zowel wat de didactische als de linguïstische vaardigheden betreft waarover huidige en toekomstige leerkrachten bij voorkeur zouden moeten beschikken.Hoofdstuk 4 belicht de tendens om eerder dan in groep 7 met Engels te starten en wat dit betekent, onder andere met het oog op doorstroming naar het voortgezet onderwijs.Hoofdstuk 5, ten slotte, plaatst de stand van zaken wat betreft Eibo in internationaal perspectief en doet enkele aanbevelingen om de kwaliteit van de praktijk van Eibo te verbeteren.
22 januari 2015
De minimumdoelen/fundamentele doelen rekenen-wiskunde sluiten aan bij de referentieniveaus die voor het basisonderwijs recent zijn ontwikkeld. In opdracht van het ministerie van OCW heeft de commissie Meijerink (2008) referentieniveaus geformuleerd voor taal en rekenen voor de overgangen van de verschillende schooltypes. Dit met als doel de drempels tussen verschillende schooltypes te slechten en de kwaliteit van de leeropbrengsten te verhogen. Voor einde basisonderwijs zijn voor rekenen-wiskunde twee referentieniveaus geformuleerd: 1F, het Fundamenteel niveau en 1S, het Streefniveau. 1F is het niveau dat alle kinderen in principe aan het eind van de basisschool moeten kunnen bereiken. Doorgaans betreft dit leerlingen die na de basisschool naar de basisberoepsgerichte leerweg en de kaderberoepsgerichte leerweg in het vmbo gaan. Om goed in dat vervolgonderwijs te kunnen doorstromen, moeten zij het fundamenteel niveau 1F beheersen. 1S is het niveau dat bedoeld is voor leerlingen die na de basisschool naar de gemengde leerweg of theoretische leerweg in het vmbo of naar havo en vwo doorstromen.
22 januari 2015
De invoering van het Referentiekader taal en rekenen stelt het basisonderwijs voor de vraag langs welke weg de eindniveaus 1F en 1S/2F te bereiken zijn. Hoe is de opbouw van de leerstof voor de verschillende domeinen over de groepen 1 tot en met 8? Welke didactiek is geschikt om die leerstof in de verschillende groepen aan de orde te stellen? Een serie van vier publicaties, elk over één van de domeinen van het taalonderwijs, wil antwoord geven op deze vragen. De voorliggende publicatie bevat een uitwerking van doorlopende leerlijnen voor het schrijfonderwijs. Na een korte schematische beschrijving van de leerstof van schrijven en een beschrijving van de algemene kenmerken van de leerlijn schrijven volgt een karakteristiek van de schrijfdidactiek voor de groepen 3-8. Twee bijlagen geven voorbeelden van teksten van leerlingen met de bijbehorende schrijftaken. Analyses van deze schrijftaken en teksten geven een concretisering van de leerlijn schrijven.
26 januari 2015
In deze publicatie, bedoeld voor docenten wiskunde in de onderbouw vo, worden de kerndoelen geconcretiseerd. De beschrijving is gericht op onderwijs dat aan leerlingen een actieve rol wil geven bij het leren van wiskundevaardigheden en denkwijzen. Zij bevat voorbeelden die de docent, hopelijk zonder al te veel moeite, om kan zetten in lessen die aan leerlingen die actieve rol kunnen geven.
26 januari 2015
Deze publicatie is bestemd voor beleidsmakers, curriculum- en materiaalontwikkelaars, schoolleiders, leerkrachten, vakdocenten bewegingsonderwijs en lerarenopleiders. De belangrijkste dingen die kinderen moeten leren om actief deel te nemen aan de samenleving zijn vastgelegd in de zogenaamde kerndoelen. De leergebied-specifieke kerndoelen zijn ingedeeld in Nederlandse taal; Engels; Friese taal; rekenen/wiskunde; oriëntatie op jezelf en de wereld; kunstzinnige oriëntatie en bewegingsonderwijs.
26 januari 2015
Het wetsvoorstel kwaliteit (voortgezet) speciaal onderwijs legt de taak van scholen voor voortgezet speciaal onderwijs (vso-scholen) wettelijk vast: het onderwijs inrichten in één of meer uitstroomprofielen, te weten Vervolgonderwijs, Arbeidsmarkt en Dagbesteding. In opdracht van het ministerie van OCW heeft SLO, in nauwe samenwerking met vele betrokkenen uit het veld, kerndoelen ontwikkeld bij de in te voeren uitstroomprofielen in het vso. Met kerndoelen die per uitstroomprofiel zijn geformuleerd, wordt geregeld aan welke eisen het globale onderwijsaanbod van het vso moet voldoen. Drie losse deelnotities bieden vanuit een onderwijsinhoudelijk en leerplankundig perspectief een kader, op basis waarvan scholen het onderwijs in de verschillende uitstroomprofielen kunnen inrichten.
26 januari 2015
Om de aandacht voor mensenrechteneducatie een meer structurele en duurzame plaats te geven in het onderwijs is door het ministerie van Buitenlandse Zaken en in overleg met het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan SLO gevraagd om mensenrechten voorbeeldmatig uit te werken als onderdeel van het leerplanvoorstel actief burgerschap en sociale integratie. Met een dergelijke leerplankundige uitwerking van mensenrechten als onderdeel van burgerschap, wordt gestreefd naar meer inzicht in en overeenstemming over kernelementen voor mensenrechteneducatie en naar een meer zichtbare samenhang met burgerschap. Het voorliggende curriculumvoorstel gaat in op de beleidscontext en geeft een toelichting op de structuur van het leerplan. In een drietal bijlagen zijn de leerplannen voor het basisonderwijs en de onder- en bovenbouw van het voortgezet onderwijs opgenomen.
2 maart 2015
Seksualiteit en seksuele diversiteit in de kerndoelen: een leerplanvoorstel en voorbeeldlesmateriaal
In december 2012 zijn kerndoel 38 voor het po, kerndoel 43 voor de onderbouw vo en kerndoel 53 voor so gewijzigd. Aan de formulering van de kerndoelen is toegevoegd "en leert respectvol om te gaan met seksualiteit en met diversiteit binnen de samenleving, waaronder seksuele diversiteit". Deze publicatie wil voor leraren inzichtelijk maken hoe zij invulling kunnen geven aan deze aspecten en op welke manieren de kerndoelen gerealiseerd kunnen worden. De handreiking presenteert drie vormen waarin de kerndoelaanpassing is verduidelijkt:1. een beschrijving van de aanpassing in de kerndoelen: wat zijn achterliggende motieven en wat is de betekenis daarvan voor het onderwijsaanbod?2. een uitwerking van doelen in een leerlijn: welke houdings-, vaardigheids- en kennisdoelen zijn relevant voor een specifieke leeftijdsgroep?3. het tonen van voorbeelden: hoe kan de kerndoelaanpassing in de onderwijspraktijk van verschillende sectoren gestalte krijgen. Daarbij wordt onderscheid gemaakt in: vakken, vakoverstijgende projecten, het benutten van buitenschools leren en instanties en aandacht voor een veilig pedagogisch klimaat.
8 april 2015
Aanleiding voor de publicatie is de aanpassing in de kerndoelen in 2012 waarmee aandacht voor seksualiteit en seksuele diversiteit verplicht werd in het landelijk aanbod voor het primair onderwijs, de onderbouw van het voortgezet onderwijs en het speciaal onderwijs. Doel van dit rapport is het in kaart brengen van de mate waarin en de wijze waarop seksuele diversiteit in leermiddelen voorkomt en om de discussie over de inbedding van seksualiteit en seksuele diversiteit in leermiddelen te voeden. Daartoe zijn achttien leermiddelen geanalyseerd.
Toelichting
Scholen zijn verplicht aandacht te besteden aan de inhouden van kerndoel 38 (po) en kerndoel 43 (vo) maar mogen zelf kiezen welke leerlijnen en tussendoelen per bouw zij formuleren. Dit leerplankader is een voorbeeldmatige, niet verplichte, uitwerking die scholen kunnen gebruiken om hun onderwijs vorm te geven. Dit leerplankader is tussen 2015 en 2017 ontwikkeld en onder andere afgestemd met Rutgers, expertisecentrum seksualiteit, en met leraren.
9 april 2015
De resultaten van PISA in de periode 2003-2009 laten een dalende lijn zien - zowel absoluut (gemiddelde scores) als relatief (positie op de internationale ranglijst) - in prestaties van Nederlandse leerlingen voor wiskunde en deels ook voor leesvaardigheid en natuurwetenschappen. Naar aanleiding hiervan heeft de directie Voortgezet Onderwijs van OCW SLO gevraagd een analyse van de PISA-uitkomsten uit te voeren waarin deze daling vanuit leerplankundig perspectief verklaard wordt. Bij deze analyse is als kapstok gehanteerd de indeling in leerplankundige verschijningsvormen: beoogd, uitgevoerd en bereikt curriculum. Met name ging het daarbij om de vraag hoe dat wat gevraagd en getoetst wordt bij PISA zich verhoudt tot de kerndoelen, de meest gebruikte methoden en de lespraktijk op basis van die methoden. Daarbij is niet alleen gekeken naar de onderbouw van het voortgezet onderwijs, maar naar de hele fase van het funderend onderwijs (4 - 15) en daarnaast ook naar de tweede fase.
21 april 2010