Zoeken
verfijn de resultaten
De kandidaat kan naar aanleiding van een probleemstelling – autonoom en toegepast – beeldend werk maken.
De kandidaat kan een beeldende probleemstelling verkennen, analyseren, oplossen en uitvoeren.
De kandidaat kan een werkplan opstellen, bewaken en uitvoeren, zijn werkproces vastleggen, ordenen en presenteren en erop reflecteren.
De kandidaat kan aspecten van de voorstelling en vormgeving zó gebruiken dat ze een bijdrage leveren aan de zeggingskracht van het eigen beeldend werk.
De kandidaat kan in eigen beeldend werk de aspecten van de voorstelling en van de vormgeving benoemen en toelichten.
De kandidaat kan een relatie leggen tussen eigen beeldend werk en beeldend werk van anderen aan de hand van de aspecten van de voorstelling en van de vormgeving.
De kandidaat kan zelfstandig informatie verwerven, verwerken en verstrekken in het kader van het sectorwerkstuk.
Hoe geef ik vorm aan LOB? Hoe kan ik het keuzeproces van de leerling ondersteunden? Kan ik een doorlopende leerlijn maken voor loopbaanoriëntatie?
Hoe kan ik leerlingen een beeld geven van het mbo? Hoe kan ik samen met het mbo werk maken van LOB?
De leerdoelkaarten/overzichten voor 10-14 onderwijs zijn bedoeld voor iedereen die wil werken met een doorlopende leerlijn van primair naar voortgezet onderwijs.