Zoeken
verfijn de resultaten
In dit sterk loopbaanoriënterende programma is het belangrijk dat leerlingen ook kennismaken met het hbo. De eerste ervaringen vanuit de pilot laten zien dat havo- scholen en hbo-opleidingen elkaar steeds beter weten te vinden. Dit leidt onder meer tot een aanbod van meeloopdagen waarin leerlingen en studenten samen werken aan opdrachten of modules en de verzorging van gastlessen door hbo-docenten. De ervaringen gaan we te zijner tijd delen via de digitale handreiking.
Voor het vormgeven van een praktijkgericht programma is samenwerking met het hbo en het bedrijfsleven van groot belang. Tijdige opzet en intensiveren van deze samenwerking is daarbij onmisbaar. Te denken valt aan het opstarten van samenwerking op het gebied van:
- levensechte opdrachten (inzet van hbo/bedrijven als opdrachtgever en/of als beoordelaar);
- het bieden van (onderdelen van) het praktijkgerichte programma op de locatie van het hbo/bedrijf;
- het geven van (onderdelen van) het praktijkgerichte programma door hbo-docenten/-studenten;
- het gezamenlijk inrichten van LOB, stage-activiteiten of het profielwerkstuk.
Samenwerken in de regio kan ook inhouden dat scholen samenwerken in het benaderen van bedrijven en het verwerven van opdrachten. Afstemming daarover lijkt, zeker waar meerdere scholen in een regio zijn, aan te bevelen.
In de pilots voor gl-tl en het havo wordt gekeken of dit haalbaar is. Dat lijkt realistisch te zijn, zeker wanneer scholen in de regio onderling samenwerken. Ook kan worden samengewerkt met het vervolgonderwijs in de regio. Scholen die praktijkgerichte programma’s aanbieden wordt geadviseerd vroeg te starten met het opbouwen van een netwerk en/of aansluiting te zoeken bij bestaande netwerken in de regio. Samenwerken met bedrijven is een groeiproces waarbij scholen klein kunnen beginnen en langzaam stappen zetten naar meer levensechte opdrachten.
Dat kan zeker en de betrokkenheid verschilt per regio. Regionale overheden kunnen een rol spelen in het stimuleren van de samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven. Gemeenten kunnen zelf levensechte opdracht leveren voor scholen.
Naar verwachting worden de examenprogramma’s medio 2026 definitief en is de pilotfase dan ten einde.
In de Praktijkroute havo-Educatie hebben havisten de mogelijkheid om zich te oriënteren op het brede werkveld onderwijs en educatie. Ze krijgen de mogelijkheid om buiten het leslokaal op onderzoek uit te gaan, mede aan de hand van gerichte en realistische opdrachten. De havisten kunnen proeven van de dagelijkse praktijk van verschillende beroepsbeoefenaren en kennis maken met actuele vraagstukken van de onderwijsagenda. Ook het zelf uitproberen mag niet ontbreken; denk aan zelf een (deel)les maken, aan de slag als assistent-trainer of als junior-rondleider met een groepje op pad door een museum of langs erfgoed.
Door deze praktijkroute kunnen havisten onderzoeken in hoeverre het werken in het brede educatieve domein mogelijk iets voor hen is. Ze verzamelen hiertoe generieke en vakinhoudelijke bagage maar bovenal creëren ze persoonlijke bagage voor hun verdere levensloop. Een van de belangrijkste leervragen is immers de vraag of de leerlingen door alle nieuwe ervaringen en opdrachten zélf vervolgstappen kunnen zetten. Wellicht een vervolgopleiding richting pabo of tweedegraads lerarenopleiding, of bijvoorbeeld de keuze voor de sportacademie of een studie onderwijswetenschappen.
Grondtoon van de praktijkroute havo-Educatie is het vergroten van meer zelfinzicht door het reflecteren op nieuwe praktijkervaringen (kennis en vaardigheden), bijzondere ontmoetingen en talentontwikkeling. Tijdens deze praktijkroute wordt bovenal het enthousiasme en de hands-on mentaliteit van deze leerlingen.
De praktijkroute havo-Educatie is uitgewerkt in een conceptexamenprogramma van 120 studielasturen (120 SLU).