Zoeken
verfijn de resultaten
Wat bied je aan een leerling van 9 of 10 jaar die al klaar is met de basisschoolstof? Rechtstreeks van groep 7 naar de brugklas is niet altijd ideaal. Op steeds meer plekken volgen versnelde leerlingen daarom speciale programma’s die hen voorbereiden op het vo.
SLO deed er onderzoek naar en komt binnenkort met aandachtspunten en een voorbeeldcurriculum voor het opzetten van een tussenjaar. We namen een kijkje bij Intermezzo, het overgangsjaar van het Hondsrug College in Emmen.
Nederlandse jongeren lezen steeds minder. Minder vaak, minder lang, minder lange teksten. Woordenschat en leesvaardigheid gaan achteruit. Daardoor functioneert onze jeugd minder goed op school en in de samenleving. De Onderwijsraad en de Raad voor Cultuur adviseren leesmotivatie voorop te zetten en een leesoffensief te starten om jongeren weer aan het lezen te krijgen. Stichting Lezen en SLO ontwikkelden de website Lezeninhetvmbo.nl en ondersteunde in het kader van Curriculum.nu het ontwikkelteam Nederlands, dat sterk inzet op een rijk taalcurriculum. En het Wellantcollege in Amersfoort laat zien hoeveel moois er in de praktijk al mogelijk is.
Aan het begin van het schooljaar is het nieuwe examenprogramma informatica voor havo/vwo ingevoerd. Leerlingen zijn enthousiast, merken docenten. “Ze vinden het vooral leuk dat je bij informatica echt iets maakt én dat je je eigen interesses kunt volgen.”
Voor bijna een vijfde van de vijftienjarigen is omgaan met geld moeilijk (OESO, 2016). Dat geldt vooral voor jongeren in het praktijkonderwijs en vmbo bb-kb. Hun financiële vaardigheden zijn niet genoeg ontwikkeld. Het is een breed gedragen standpunt dat financiële geletterdheid een vaste plek krijgt in het onderwijs. SLO ontwikkelde op basis van de leerdoelen van het Nibud vier themakaarten, die gekoppeld zijn aan de executieve functies. Docenten kunnen deze kaarten gebruiken om hun lessen rond financiële geletterdheid vorm te geven.
Sommige leerlingen hebben moeite met de Nederlandse taal, maar spreken wel meerdere andere talen. Misschien vinden ze zinsopbouw lastig, omdat die in hun moedertaal anders is. Een leraar die daar oog voor heeft, kan hen beter helpen. En, minstens zo belangrijk: als de
leraar de waarde erkent van wat leerlingen wél weten en kunnen, voelen zij zich meer thuis en gaan ze beter leren.
De Onderwijsinspectie luidt in de onlangs verschenen Staat van het Onderwijs 2020 de noodklok dat onder jongeren de motivatie om te lezen afneemt en het risico op laaggeletterdheid groeit. Uit het rapport Lees! van de Onderwijsraad en de Raad voor Cultuur blijkt dat leerlingen wel korte tekstjes lezen, maar besteden minder tijd aan het geconcentreerd lezen van langere teksten of boeken. Mede hierdoor gaat hun leesvaardigheid achteruit. Dat heeft gevolgen voor hun functioneren op school en in de samenleving. Omdat plezier in lezen vaak een zaak is van school én ouders zou de mr dit onderwerp volgend schooljaar hoog op de agenda kunnen zetten.
Teksten in schoolboeken zijn dikwijls tamelijk arm: weinig variatie in woorden, slechte verbanden tussen zinnen, compact en vol school- en vaktaal. Vaak zijn die tekstjes precies afgestemd op de vragen die altijd bij zo’n tekst moeten worden beantwoord. In dit artikel beschrijven Dolf Janson en Joanneke Prenger waarom je beter zelf teksten kunt selecteren en waar je die kunt vinden.
In het nieuwe curriculum voor basisonderwijs en onderbouw voortgezet onderwijs krijgen onderzoeken en ontwerpen een belangrijke rol, zo adviseren de ontwikkelteams Mens & Natuur en Kunst & Cultuur van Curriculum.nu in hun voorstellen. Met een nieuwsgierige, onderzoekende en creatieve instelling is de volgende generatie in staat de oplossingen voor belangrijke maatschappelijke vraagstukken te bedenken. Binnenkort start de uitwerking van de voorstellen van Curriculum.nu naar kerndoelen en eindtermen. Annemarie van Es, expert STEAM (Science, Technology, Engineering, Arts en Mathematics) en onderzoekend en ontwerpend leren bij Stichting De Haagse Scholen en lid van het ontwikkelteam Mens & Natuur, en Karianne Djoyoadhiningrat-Hol, oud-leerplanontwikkelaar Natuur,
Wetenschap en Technologie bij SLO en nauw betrokken bij het vervolgtraject voor het nieuwe curriculum, lichten het belang van onderzoeken en ontwerpen toe.
Sommige leerlingen hebben moeite met de Nederlandse taal, maar spreken wel meerdere andere talen. Misschien vinden ze zinsopbouw lastig, omdat die in hun moedertaal anders is. Een leerkracht die daar oog voor heeft, kan hen beter helpen. En, minstens zo belangrijk: als de leerkracht de waarde erkent van wat kinderen wél weten en kunnen, voelen zij zich meer thuis en gaan ze beter leren.
Door de corona-epidemie heeft formatief evalueren een impuls gekregen. Het thuisonderwijs van dit voorjaar dwong veel docenten op zoek te gaan naar andere manieren om te zien of leerlingen de stof oppakken en beheersen. Die formatieve aanpak blijft in het nieuwe schooljaar behouden, zo blijkt uit een rondgang langs drie scholen.