Zoeken
verfijn de resultaten
aantal resultaten: 1423
Leerlingen moeten in het vmbo al op jonge leeftijd de keuze maken voor een beroepsgericht programma. In de praktijk blijkt deze keuze niet altijd de juiste te zijn. De beroepsgerichte vakken in het vmbo zijn uitermate geschikt om leerlingen praktische, praktijknabije ervaringen op te laten doen die in het kader van loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB) belangrijk zijn en de leerling kunnen helpen bij het maken van de keuze voor een vervolgopleiding. Deze handreiking heeft tot doel docenten en mentoren inzicht te geven in de mogelijkheden om vorm te geven aan LOB in de basis- en kaderberoepsgerichte leerwegen van het vmbo.
28 juli 2010
'Draaiboek buddystage' bevat een voorbeeldopzet voor een zogenaamde "buddystage" in het kader van Loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB). Bij een buddystage loopt een vmbo-leerling twee werkdagen mee met een stagiair in het mbo. De mbo-stagiair wordt de "buddy" van de leerling genoemd. De buddystage is een mogelijk onderdeel van het programma LOB in de vierde klas. Het doel van de buddystage is het ontwikkelen van opleidingsbeelden bij de leerling. Deze opzet is bedoeld als voorbeeld. Indien gewenst kunnen de opdrachten, aanwijzingen en draaiboek aan de eigen situatie aangepast worden.
28 juli 2009
Leerlingen moeten zichzelf leren kennen voordat ze keuzes kunnen maken over hun loopbaan.Complicerende factor hierbij is dat ze dat in het vmbo al op zeer jonge leeftijd moeten doen. Dit stelt hoge eisen aan de inhoud en de kwaliteit van loopbaanoriëntatie en begeleiding. Willen scholen de leerling centraal stellen en aandacht besteden aan de individuele loopbaan van de leerling dan zal daar binnen het programma structureel aandacht aan besteed moetenworden. Deze publicatie is dan ook bedoeld als een handreiking voor managers, coördinatoren, decanen en mentoren die serieus werk willen maken van LOB en zowel visie als beleid aan willen scherpen.
28 juli 2008
Al enkele jaren is een betere aansluiting in de beroepskolom een belangrijke ambitie binnen het onderwijsbeleid. Met de invoering van de nieuwe kwalificatiestructuur in het mbo in 2010 dreigt er een situatie te ontstaan, waarbij opnieuw een breuk kan ontstaan in de doorlopende leerlijnen, doordat het mbo zich competentiegericht ontwikkelt en het vmbo de eindtermenstructuur handhaaft. Deze ontwikkeling vormde de aanleiding voor een aantal vmbo scholen om met het Noorderpoortcollege vmbo en mbo een project te starten waarin vmbo en mbo instrumenten zouden gaan ontwikkelen omcompetentieontwikkeling van leerlingen in het vmbo te herkennen, erkennen en waarderen aan de hand van een te ontwikkelen standaard. De insteek hierbij is gebruik te maken van het KBB competentiemodel van SHL met 25 generieke competenties. De nieuwe mbo competentiegerichte kwalificatiedossiers zijn gebaseerd op dit competentiemodel. Door het hanteren van dezelfde terminologie betekent dit dat het mbo vervolgens kan aansluiten op de competentieontwikkeling van de vmbo-leerling.
3 augustus 2009
Voor het vierde achtereenvolgende jaar brengt het Kenniscentrum Leermiddelen (KCL) van SLO de Leermiddelenmonitor uit. In de Leermiddelenmonitor geeft KCL een actueel overzicht van de stand van zaken ten aanzien van het gebruik, het ontwikkelen en het delen van leermiddelen. Elk jaar kiest KCL een thema waarop dieper wordt ingegaan. Dit jaar krijgen twee thema’s meer aandacht dan voorgaande jaren: de kwaliteit van leermiddelen en het leermiddelenbeleid.
3 augustus 2011
In een rapport van de Inspectie van het onderwijs uit 2008 is geconstateerd dat een groot deel van de leerlingen in het vmbo basis- en kaderberoepsgerichte leerweg een relatieve achterstand heeft bij tekstbegrip. In de SLO pilot leestraject is daarom geprobeerd docenten beter uit te rusten bij het geven van leesvaardigheidsonderwijs. In deze publicatie wordt daarom aangegeven waar accenten moeten liggen in het leesonderwijs zoals dat is aangegeven in het Referentiekader taal en rekenen. Verder worden tips voor didactische werkvormen gegeven met voorbeelden van teksten en activiteiten daarbij. Ook is er aandacht voor het studerend lezen bij zowel het vak Nederlands als bij de beroeps- en zaakvakken.
3 augustus 2011
Uit onderzoek is gebleken dat de aansluiting vmbo-tl op vervolgonderwijs niet altijd optimaal is. Vaak blijkt dat leerlingen niet voldoende opleidings- en beroepsbeeld hebben om de juiste vervolgopleiding te kiezen. Leerlingen, ouders en docenten kunnen dit logboek gebruiken als plannings- en begeleidinginstrument tijdens het doorstroomtraject naar havo.
3 augustus 2011
De Verkenningscommissie kunstvakken heeft van OCW de opdracht gekregen om op basis van raadpleging van het veld, voorstellen te formuleren voor de ontwikkeling van de kunstvakken in de tweede fase havo/vwo. Deze raadpleging vond plaats in het najaar 2010 en in het voorjaar 2011. Daarbij zijn betrokken docenten werkzaam in het voortgezet onderwijs en bij Cultuurprofielscholen, docenten drama/beeldend/muziek/dans, docentenopleiders, schoolleiders en organisaties en instellingen op het gebied van kunstonderwijs. De reacties die in dit preadvies zijn opgenomen kunnen worden meegenomen in het definitieve advies.
3 augustus 2001
International solidarity, tolerance and unity are key values for UNESCO schools. To strengthen and assure the added value of the UNESCO programmein the school, SLO and the European Platform have developed a system of quality assurance.This framework is intended to fulfil anumber of functions:• Quality assurance: to offer a guideline for (self)evaluation of the way in which the UNESCO vision is implemented in the school.• Curriculum development: to make visible the core elements of the UNESCO programme and how these can be embedded in the school curriculum and -policy.• Monitoring: to use self-evaluation to monitor progress of the development process.• Peer exchange: to offer a shared frame of reference for exchanging experiences, practices and materials with other UNESCO schools in the UNESCO schools network.
3 augustus 2011
Tot enige jaren geleden werd de verzorging van het rekenonderwijs vooral als een taak van het primair onderwijs gezien. Recentelijk is echter het brede inzicht ontstaan dat aandacht voor duurzame verwerving van rekenkundige kennis, inzicht en vaardigheden ook tot de verantwoordelijkheid van het voortgezet onderwijs hoort. Deze handreiking bevat aandachtspunten en stappenplannen die scholen kunnen gebruiken om een rekenbeleidsplan te ontwikkelen en om het bestaande rekencurriculum te versterken.
3 augustus 2011