Zoeken
verfijn de resultaten
aantal resultaten: 20
Deze publicatie biedt praktische hulp aan talensecties die met het ERK werken. Je vindt er bijvoorbeeld hulp bij het opstellen van een meerjarentoetsplanning, het maken van een blauwdruk voor een toets die uitgaat van het ERK, het maken van een correctievoorschrift volgens ERK-richtlijnen en nog veel meer.
22 januari 2015
De rekentoetswijzer 2F vormt het kader voor de eisen die in de rekentoets(en) 2F gesteld worden, geformuleerd in termen van ‘kennen en kunnen’. In deze rekentoetswijzer wordt beschreven hoe de rekendoelen uit het referentiekader rekenen, niveau 2F, kunnen voorkomen in de rekentoetsen 2F.
22 januari 2015
De rekentoetswijzer 3F vormt het kader voor de eisen die in de rekentoets(en) 3F gesteld worden, geformuleerd in termen van ‘kennen en kunnen’. In deze rekentoetswijzer wordt beschreven hoe de rekendoelen uit het referentiekader rekenen, niveau 3F, kunnen voorkomen in de rekentoetsen 3F.
22 januari 2011
Voor het voortgezet onderwijs zijn twee rekentoetswijzers ontwikkeld, één voor niveau 2F en één voor niveau 3F. Deze rekentoetswijzers hebben elk een officiële status als regelgevend document en zijn door de rijksoverheid goedgekeurd. Dit servicedocument heeft tot doel betrokkenen bij het rekenonderwijs op scholen en daarbuiten informatie te verstrekken over de rekentoetsen, voor zover die niet in de rekentoetswijzers is opgenomen. Omdat de rekentoetswijzer een officiële status heeft, kan daarin niet alle informatie worden opgenomen die voor betrokkenen van belang kan zijn. Daarom is dit servicedocument ontwikkeld, dat in tegenstelling tot de rekentoetswijzer geen officiële status kent. Het document bevat een korte beschrijving van de totstandkoming van de rekentoetswijzers, enkele overwegingen daarbij, feitelijk informatie voor scholen en docenten en voorbeeldopgaven.
22 januari 2015
Opbrengstgericht werken is bedoeld om het maximale uit elke leerling te halen. Ook bij jonge kinderen valt door een doelgerichte aanpak winst te behalen, zonder dat dit ten koste gaat van het karakter van het kleuteronderwijs. Peilen is een manier om spelenderwijs zicht te krijgen op wat kinderen al kunnen, waar ze nog moeite mee hebben en welke vragen of welk niveau van spel aansluit bij hun behoefte. De observaties en ervaring van leerkrachten staan centraal bij het peilen. In de map Praatjes peilen vinden leerkrachten de ondersteuning om spelletjes doelgericht in te zetten voor het peilen van de mondelinge taalontwikkeling. Het uitgangspunt is dat het kind zich niet onder druk gezet voelt, maar bezig is met spelactiviteiten terwijl de leerkracht de ontwikkeling op systematische wijze volgt.
23 januari 2015
Na de eerste ervaringen in het werken met het referentiekader blijkt in de huidige praktijk de beoordeling van schrijfvaardigheid sterk uiteen te lopen. De betrouwbaarheid van schrijfvaardigheidsbeoordeling moet vergroot worden om recht te doen aan zowel de referentieniveaus als aan de prestaties van de leerlingen. Deze publicatie laat de totstandkoming zien van drie feedbackformulieren en een beoordelingsmodel voor het schrijfonderwijs in de tweede fase. Praktijkervaringen worden beschreven, evenals tips om de instrumenten in praktijk te brengen.
23 januari 2015
In deze publicatie staan drie vormen centraal, waarmee de leerling opbrengsten van leren en ontwikkeling -ter afsluiting van het Praktijkonderwijs- in beeld kan brengen: het bewijs, het certificaat en de kwalificatie. Er wordt ingegaan op de civiele waarde ervan, de inhoud, de wijze van beoordelen en de rollen, taken en verantwoordelijkheden van de betrokken actoren. De inhoud van de bewijzen, certificaten en kwalificaties geven een kader aan leer- en ontwikkelactiviteiten van leerlingen. Aan de hand van datzelfde kader kunnen ook de opbrengsten van de school duidelijk worden gemaakt. Daarom is het van belang dat goed wordt omschreven hoe het praktijkonderwijs de drie vormen 'bewijzen', 'certificering' en ‘kwalificatie’ invult.
8 april 2015
Het wetsvoorstel kwaliteit (voortgezet) speciaal onderwijs legt de taak van scholen voor voortgezet speciaal onderwijs (vso-scholen) wettelijk vast: het onderwijs inrichten in één of meer uitstroomprofielen, te weten vervolgonderwijs, arbeidsmarkt en dagbesteding. Een drietal deelnotities wil schoolleidingen en inhoudelijk management in het vso handreikingen bieden bij de inrichting van de uitstroomprofielen. In deze deelnotitie voor het vso-uitstroomprofiel arbeidsmarkt worden leerplankundige aandachtspunten voor dit brede uitstroomprofiel nader belicht, zoals: inhoud en fasering van het onderwijs, leerroutes, loopbaankeuzes van leerlingen en maatwerk, stage als leeromgeving, afsluiting en beoordeling op maat en tenslotte afronding met getuigschrift en transitiedocument.
8 april 2015
Het wetsvoorstel kwaliteit (voortgezet) speciaal onderwijs legt de taak van scholen voor voortgezet speciaal onderwijs (vso-scholen) wettelijk vast: het onderwijs inrichten in één of meer uitstroomprofielen, te weten vervolgonderwijs, arbeidsmarkt en dagbesteding. Een drietal deelnotities wil schoolleidingen en inhoudelijk management in het vso handreikingen bieden bij de inrichting van de uitstroomprofielen. In deze deelnotitie voor het vso-uitstroomprofiel vervolgonderwijs worden leerplankundige aandachtspunten voor dit brede uitstroomprofiel nader belicht, zoals: de inrichting van de onder- en bovenbouw, het werken met een ontwikkelingsperspectief en de vormgeving van maatwerk in leerroutes, het realiseren van stages, het inrichten van examentrajecten en de transitie naar het vervolgonderwijs.
8 april 2015
De resultaten van PISA in de periode 2003-2009 laten een dalende lijn zien - zowel absoluut (gemiddelde scores) als relatief (positie op de internationale ranglijst) - in prestaties van Nederlandse leerlingen voor wiskunde en deels ook voor leesvaardigheid en natuurwetenschappen. Naar aanleiding hiervan heeft de directie Voortgezet Onderwijs van OCW SLO gevraagd een analyse van de PISA-uitkomsten uit te voeren waarin deze daling vanuit leerplankundig perspectief verklaard wordt. Bij deze analyse is als kapstok gehanteerd de indeling in leerplankundige verschijningsvormen: beoogd, uitgevoerd en bereikt curriculum. Met name ging het daarbij om de vraag hoe dat wat gevraagd en getoetst wordt bij PISA zich verhoudt tot de kerndoelen, de meest gebruikte methoden en de lespraktijk op basis van die methoden. Daarbij is niet alleen gekeken naar de onderbouw van het voortgezet onderwijs, maar naar de hele fase van het funderend onderwijs (4 - 15) en daarnaast ook naar de tweede fase.
21 april 2010