Zoeken
verfijn de resultaten
Leerlingen hebben belangrijke informatie over de inhoud en beleving van het leerproces dat zij in het onderwijs ondergaan en leerkrachten kunnen eigenlijk niet zonder die informatie, als zij onderwijs op maat willen geven en af willen stemmen op de leerlingen in hun groep. Het voeren van (reflectie)gesprekken is daarbij een belangrijk middel om tot uitwisseling met leerlingen te komen.
Modelleren is de wetenschappelijke bezigheid van het construeren en gebruiken van modellen. Een model kan een eenvoudig schema zijn met een beperkte geldigheid, of een fundamentele structuur zoals het dubbele-helix model van DNA.
Wetenschap is modellenwerk. Waar natuurwetenschappers iets proberen te begrijpen van verschijnselen die ze waarnemen maken ze modellen.
Hoewel modelleren als vaardigheid al vanaf 1991 deel is van de exameneisen natuurkunde, richt modelleren in het natuurkundeprogramma zich met name op dynamisch modelleren met differentievergelijkingen, al dan niet ondersteund door een grafische weergave van het model. Het denken in modellen, dat wil zeggen modelvorming zoals bedoeld in de eindtermen van het examen havo1 en vwo2, blijft daarbij onderbelicht.
In de onderwijspraktijk blijkt dat veel leerlingen problemen hebben om modelleeractiviteiten met voldoende kwaliteit uit te voeren. In diverse studies zijn drie belangrijke probleemfactoren geïdentificeerd:1
Gebrek aan domeinkennis in combinatie met modelleeropdrachten in een te vroeg stadium van voorkennis en vaardigheden;
Tekortschietend modelbegrip door onvoldoende aandacht voor de noodzakelijke wiskundige vaardigheden;
Gebrek aan inzicht in het modelleerproces; leerlingen maken te weinig gebruik van ervaring met eerdere modelleeractiviteiten.
De invloedrijke publicatie How People Learn1 heeft nieuwe inzichten over leren opgeleverd die kunnen helpen een didactiek van modelleren te ontwikkelen.
Psychologie is de wetenschap van het menselijke gedrag. Het kan gaan over informatieverwerking in het neurale systeem, de gelaatsexpressies bij emoties, over het leren tellen, het nut van roddelen op de werkvloer of de effectiviteit van een behandeling van een spinnenfobie.
Hier beschrijven we een leerlijn modelleren ontleend aan het onderzoek van Onne van Buuren.1 Deze leerlijn modelleren kan gezien worden als een goed geplande opeenvolging van model-leercycli gekoppeld aan specifieke onderwerpen en verschijnselen. Het globale leerdoel is te voldoen aan de eindtermen van het schoolcurriculum.