Zoeken
verfijn de resultaten
Het organiseren van tijd, specifiek de effectieve leertijd, naar de behoefte(n) van alle kinderen.
Het kind leert zich bewegen, handelen, het eigen lichaam beheersen en grenzen kennen. Een deel ontwikkelt zich autonoom, een deel van de motorische vaardigheden wordt (aan)geleerd.
Elk kind ontwikkelt zich op verschillende ontwikkelingsgebieden. Mijlpalen binnen elk ontwikkelingsgebied worden weergegeven op een ontwikkelingslijn.
Het bewust, systematisch en cyclisch werken aan het verhogen van de opbrengsten: leerresultaten, sociaal-emotionele resultaten en tevredenheid van leerlingen, ouders en vervolgonderwijs.
De rekenontwikkeling verloopt langs drie domeinen van rekeninhouden: Getalbegrip, Meten en Meetkunde. Deze verschillende (deel)domeinen komen soms specifiek, maar meestal in samenhang aan de orde.
Het kind leert omgaan met zichzelf en de ander, het leert wat de eigen en andermans gevoelens zijn.
Indien jonge kinderen niet vanzelfsprekend tot spel komen is het nodig om hen tijdelijk een vorm van spelbegeleiding te bieden met als doel henzelf weer de regie te geven over hun spelwereld.
Een denk- en leerstrategie verwijst naar een aanpak om informatie, leerstof en/of gedachten te ordenen om zo het behalen van leerdoelen te vergemakkelijken.